- 3 -
33 A
maalrijddienst betaalbaar te houden voor mensen met een laag
inkomen. Wij stellen dan ook voor om de huidige deelnemersbij
drage ad f 6,30 als uitgangspunt te nemen. Wel lijkt het ons
juist om met ingang van 1992 (de eerste prijsaanpassing vindt
plaats op 1 juli 1992) prijsstijgingen in principe te laten
doorberekenen in de deelnemersbijdrage om zo te voorkomen dat
jaarlijks een hogere gemeentelijke subsidie nodig is. Indien
mocht blijken dat de koopkrachtontwikkeling van ouderen sterk
achterblijft bij de prijsontwikkelingen dan kan dat voor ons
een reden zijn te overwegen Uw raad voor te stellen om in het
betreffende jaar af te wijken van de hiervoor weergegeven re
gel
CONSEQUENTIES
FINANCIEEL
Onze voorstellen betekenen een uitbreiding van de gemeentelij
ke subsidie in de kosten van de maalrijddienst met een bedrag
ad f 350.000,- per jaar (tot in totaal f 470.000,-).
Eerder besloot Uw raad over te gaan tot een herijking van het
minimabeleid tegen de achtergrond van de decentralisatie van
de bijzondere bijstand. Met ingang van 1992 kunnen dientenge
volge de ingezette middelen voor minimabeleid met f 420.000,-
per jaar worden verlaagd. Wij stellen U voor om van dit bedrag
met ingang van 1992 f 350.000,- te storten in het Fonds Socia
le Vernieuwing en die te bestemmen voor de aanvullende subsi
die in de kosten van de maalrijddienst
Omdat de nieuwe opzet voor de maalrijddienst pas met ingang
van september 1992 van start gaat kunnen in 1992 ook de extra
kosten van de maaltijden van Valkenhorst (naar schatting
f 95.000,-) en de aanloopkosten (aanloopverliezen; aanpassing
computerprogramma e.d.) uit het bedrag ad f 350.000,- betaald
worden. De SOB komt nog met een raming van de aanloopkosten.
INSPRAAK
De Ouderenadviesraad stelt in zijn advies kanttekeningen bij
de voorstellen. Omdat men vreest voor een verlies van sociale
contacten wordt gepleit voor een dagelijkse bezorging. Men
vraagt zich af of er voldoende vrijwilligers te vinden zijn
voor het verlenen van hulp bij de bediening van de magnetrons.
Men vreest dat de magnetron de maaltijd niet voldoende zal
verhitten. Men pleit voor een lagere deelnemersbijdrage (maxi
maal f 5,20) en waarschuwt voor een achterblijvende inkomens
ontwikkeling.
Wij tekenen bij dit advies aan dat:
een dagelijkse bezorging van de maaltijden en een verlaging
van de deelnemersbijdrage tot een forse extra verhoging
van de gemeentelijke subsidie zal leiden (wij zijn geen
voorstander van inkomensafhankelijke deelnemersbijdragen)
gewerkt gaat worden met speciaal afgestelde magnetrons waar
bij onvoldoende verhitting niet aan de orde is;
de SOB aangegeven heeft te zullen bevorderen dat ouderen die
dat nodig hebben ondersteuning krijgen bij het opwarmen van
de maaltijden.
Eerder in dit voorstel hebben wij aangegeven dat een sterk