- 2 - RAADSVOORSTEL vervolg 341 Het grootste probleem vormt echter het betalingsgedrag van de wagenbewoners wat de huur betreft. Gebleken daarbij is, dat de grootste huurachterstanden betrekking hadden en hebben op wagens op DKO. De huurbetaling op de kleine locaties verloopt inmiddels redelijk. Voorts is in de loop der jaren een aantal wagenbewo ners met huurschulden naar elders vertrokken. De informatie van de Woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda heeft er toe geleid, dat met de corporatie gesprekken zijn ge voerd om te bezien of het beheer soberder en doelmatiger zou kunnen plaatsvinden. Ook is gevraagd het incassoregime aan te scherpen. Uitvloeisel van een en ander is onder meer geweest, dat uw raad op 21 december 1989* heeft besloten de drie meest notoire wanbetalers te dagvaarden voor de kantonrechter ten ein de te komen tot ontbinding van de huurovereenkomst en de ontrui ming van de wagens en een veroordeling tot betaling van de achterstallige huur met kosten en renten. In het bij dat raads besluit behorende preadvies hebben wij u gemeld, dat inmiddels een netto huurachterstand was ontstaan van ruim 200.000,00. De Woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda verzoekt uw raad de vanaf 1982 opgebouwde verliezen (exploitatie, beheer, huur achterstanden etc.) met rentevergoeding met haar te verrekenen. Per saldo is de gemeente, als eigenaresse van de huurwoonwagens financieel verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van deze wagens. Wel menen wijdat er een onderscheid gemaakt dient te worden tussen de situatie vóór en na 1 januari 1986. De exploitatie van de huurwoonwagens maakte destijds deel uit van de totale financiële exploitatie van het woningbedrijf. De beoordeling van de financiële positie van het gemeentelijk woningbedrijf, welke geleid heeft tot toekenning van een jaar lijkse bijdrage gedurende een periode van 15 jaar, is mede geba seerd geweest op de negatieve resultaten van de exploitatie en administratie en beheer van de huurwoonwagens naar gegevens van 1985. Voor de periode 1982-1985 wordt een verrekening van deze verlie zen niet terecht geacht, nu deze een rol hebben gespeeld bij de bepaling van bovengenoemde jaarlijkse bijdrage. Deze restrictie geldt naar onze mening niet voor de posten huur achterstanden en het onderhoudsfonds. Vanaf 1986 kan de Woningbouwvereniging Volkshuisvesting aan spraak maken op vergoeding van de negatieve resultaten van het beheer van de huurwoonwagens, omdat niet is gebleken, dat deze corporatie verwijten te maken zijn en het beheer onder omstan digheden zo goed mogelijk heeft plaatsgevonden. Omdat wij besloten hebben de voorstellen, waarin opgenomen bovengenoemde verrekening en het aangaan van een definitieve beheerovereenkomst met betrekking tot wagens en standplaatsen voor de situatie na opheffing van het Woonwagenschap gelijktij dig aan u voor te leggen, bereikt u het onderhavige voorstel eerst thans.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 3475