RAADSVOORSTEL vervolg /3Z,4 Hoewel infrastructurele- en mobiliteitsbeïnvloedende maatregelen een positief effect hebben op de toekomstige wegenbelasting, zullen er in de toekomst nog wegen met capaciteitsproblemen blijven. Een verdere reducering van de groei van het autoverkeer is daarom nodig. Een constructieve aanpak in het kader van de vervoerregio biedt hiertoe mogelijkheden, daar op regionaal ni veau ook een taakstelling voor het (voor Breda) externe auto verkeer is geformuleerd. Genoemde varianten van de hoofdwegenstructuur zijn ook met be hulp van de Verkeersmilieukaart (VMK) door de Milieudienst door gerekend op consequenties voor het milieu (geluidbelasting en luchtverontreiniging door CO en N02)De mobiliteitsvariant in het planjaar 2000 laat voor Breda in zijn totaliteit een geringe verbetering zien voor het milieu. Met de nota "Hoofdwegenstructuur '2 000' Breda" als basis kunnen vervolgens uitwerkingen van de verkeersstructuur op wijkniveau worden gemaakt, ondermeer in het kader van stadsvernieuwings- of buurtbeheeractiviteiten. Een eerste uitwerking zal plaatsvinden voor het Verkeerscirculatieplan Binnenstad. Voor alle duidelijkheid dient nog te worden opgemerkt, dat in dien de gemeente Breda er in slaagt de ambitieuze taakstellingen van het SW Breda in de jaren '90 te verwezelijken, er nog steeds sprake zal zijn van een toenemend aantal autoverplaat singen. CONSEQUENTIES FINANCIEEL Deze zullen inzichtelijk gemaakt worden bij in te dienen uitwerkingsvoorstellen. COMMISSIEBEHANDELING De commissie Ruimtelijke Ordening, Verkeer en Vervoer kan zich met dit voorstel verenigen. Burgemeester en wethouders van Breda burgemeester loco-secretaris Ligt ter inzage 3

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 3513