Colleaestandpunt inzake formatie-omvang
Juridisch/Bestuurlijk
- 2 -
RAADSVOORSTEL vervolg 59
fietsdiefstallen) kan dan naar Halt verwezen worden. Tot deze
voorgenomen uitbreiding moet volgens de stuurgroep alleen worden
overgegaan indien ook daadwerkelijk een subsidie van het
ministerie van Justitie wordt verworven.
Indien het project positief geëvalueerd zou worden dan
verplichtte de gemeente zich tot voortzetting. De
evaluatieuitkomst is zo duidelijk positief dat ons college met
genoegen de consequentie van deze verplichting aanvaard.
Aanvullend daaraan legt de stuurgroep in feite twee vragen voor:
a) kan de formatie zonder delictsuitbreiding niet op 2,5
plaats gebracht worden? (de stuurgroep is van mening dat
dit voor een adequate functievervulling noodzakelijk blijkt)
b) indien justitie bereid is tot stucturele medesubsidiëring
gaat de gemeente dan accoord met uitbreiding van de formatie
tot 3,5 plaats wanneer tot delictuitbreiding wordt
overgegaan?
Het college heeft besloten beide vragen met een positief advies
aan u voor te leggen. Ten aanzien van de eerste vraag geldt dat
vanuit het intensieve contact van de Dienst Welzijn met het
project goed beoordeeld is kunnen worden dat deze uitbreiding
noodzakelijk is.
Ten aanzien van de tweede vraag geldt dat mag worden verwacht
dat de Haltmethode ook voor die zaken als winkel- en
fietsendiefstal zeer effectief zal blijken te zijn.
Financiële consequenties
Bij ongewijzigd beleid en twee formatieplaatsen zou de prijs
voor Breda zoals voorzien in de reserveringsbrief (bijlage) op
73 cent per inwoner komen ofwel Fl. 90.000,= (Etten-Leur en
Oosterhout ook 73 cent per inwoner terwijl de kleine gemeenten
37 cent betalen)
Ten tijde van de besluitvorming in de stuurgroep bleek dat de
verhoging met de halve formatieplaats kon worden opgevangen door
het toenemende aantal deelnemende gemeenten. Prijs bleef dus 73
cent per inwoner. Tot uitbreiding met een derde formatieplaats
ten behoeve van de delictsuitbreiding zou alleen worden
overgegaan als er subsidie van het ministerie van Justitie zou
kunnen worden verkregen. Doordat dit nu het geval is kan, samen
met enkele bezuinigingen in de begroting, wederom met een
reservering van 73 cent per inwoner volstaan worden.
Een discussiepunt bij de voortzetting is geweest de organisatie
vorm van het bureau en de daaruit voortvloeiende relatie tussen
de gemeenten en het project. Uit de drie mogelijkheden die voor
de hand lagen, te weten het aanhaken van het werk bij een
bestaande stichting, een zelfstandige stichting of het