RAADSVOORSTEL vervolg
In 1989 is door het Bureau Van Straalen een eerste onderzoek
uitgevoerd in het gebied tussen de Tramsingel en de Dijklaan (in
totaal 448 woningen)Dit onderzoek heeft er toe geleid dat
momenteel plannen in voorbereiding zijn voor de renovatie van
2 05 woningwetwoningen van St. Joseph (omgeving Frans
Heijlaertsplein) en dat er onderhoudsperspectieven zijn ge
creëerd voor het sociale bezit van Woningbouwvereniging Volks
huisvesting Breda (omgeving Lindeplein en Kastanjeplein)Een
deel van het particuliere bezit (Beekstraat noordzijde) is
opgenomen in het werkprogramma van Bouwburo Brabant; omtrent het
overige particuliere bezit zullen, mede op basis van het tech
nisch onderzoek, uitspraken worden gedaan in het kader van het
deze zomer te presenteren Plan van Aanpak Tramsingel e.o.
Het tweede onderzoek heeft betrekking op het resterende particu
liere woningbestand in het oostelijk deel van Tuinzigt.
Bouw- en woontechnisch onderzoek
Evenals bij het eerste onderzoek is voor dit onderzoek gekozen
voor een constructie, waarbij bewoners/eigenaren zitting hadden
in een begeleidingsgroep, om het onafhankelijke karakter van het
onderzoek te waarborgen. Bewoners en eigenaren zijn bij de start
van het proces op een informatieavond geïnformeerd omtrent het
doel en het verloop van het onderzoek.
Het onderzoeksbureau Het Bosch Ontwerpers Kollektief (BOK) heeft
alle panden geanalyseerd op de woontechnische kwaliteit en
gefotografeerd en bekeken op de bouwtechnische kwaliteit middels
een gevelopname. Panden waarbij twijfel bestond of deze nog wel
te verbeteren zijn, zijn ook binnen opgenomen.
Naast deze technische opname heeft het bureau een enquête in de
hele buurt afgenomen, waarin vragen omtrent de kwaliteit van de
woningen (wat vinden de bewoners er zelf van) en de eventuele
verbeterbereidheid (hebben mensen zelf plannen om hun woning op
te knappen) waren opgenomen.
Aan de hand van de uitkomsten van de enquête en de opnames is
een totaal overzicht van het onderzoeksgebied opgesteld, waarin
is uitgerekend hoe hoog de noodzakelijke verbeterkosten zijn,
onderscheiden naar een eigen bijdrage en een subsidiabel deel.
Tevens is gekeken naar het percentage van vervangende nieuwbouw-
kosten. Wanneer dit meer bedraagt dan 80% zou eigenlijk tot
vervanging moeten worden besloten. Of en op welke termijn dit
daadwerkelijk wenselijk is, hangt sterk af van de bestaande
kwaliteit (onder aanschrijvingsniveau) en van de locatie en
omgevingsfactoren
Naast het bouw- en woontechnische onderzoek heeft een grondme-
chanisch onderzoek plaatsgevonden op die locaties welke op basis
van het eerste inventariserend onderzoek twijfelachtig waren.
- 2 -