GEMEENTE BREDA
RAADSVOORSTEL 19 91
Registratie nr 907010039
Dienst/afdeling WLZ/
Bijlage -
BETREFT Vaststelling van een regeling met betrekking tot het
verstrekken van gemeentelijke garanties voor de res
tauratiefinanciering van monumenten.
Op 28 juni 1990 heeft uw raad ons college gemachtigd om met de
stichting Nationaal Restauratie Fonds overeenkomsten te sluiten
betreffende de restauratiefinanciering van monumenten.
Op 14 november 1990 heeft dit geleid tot de ondertekening van
een tweetal overeenkomsten, te weten:
a. een overeenkomst met betrekking tot het financieren van de
restauratiekosten voor de eigenaren van monumenten;
b. een overeenkomst inzake het instellen van een garantiefonds.
In de overeenkomst met betrekking tot het financieren van de
restauratiekosten voor de eigenaren van monumenten, is in arti
kel 2, vierde lid, de bepaling opgenomen dat de gemeente zich,
onder door de gemeenteraad vast te stellen voorwaarden, garant
zal stellen voor de tijdige en juiste betaling van rente en af
lossing van de Restauratie-financiering.
Thans stellen wij u voor deze voorwaarden als volgt vast te
stellen
VOORSTEL
1. Ten behoeve van de garantieregeling voor de financiering van
de restauratiekosten voor particuliere eigenaren van monumen
ten van toepassing te verklaren het gemeenteraadsbesluit nr.
419 van 18 december 1986, met uitzondering van de volgende
bepalingen
- lib. Het niet-gesubsidiëerde gedeelte van de subsidieabele
kosten. Voor monumenten wordt voorgesteld dat de te
garanderen lening ten hoogste het bedrag kan zijn van de
aanvaarde kosten van de voorzieningen, inclusief de kosten
van voorfinancieringverminderd met de geldelijke steun;
- nd
Deze bepaling kan vervallen daar bij monumenten van 'economi
sche taxatie' moeilijk gesproken kan worden daar het einddoel
het behoud van de monumentale waarde is. Deze twee 'waarden'
zijn niet aan elkaar gerelateerd en bovendien wordt alleen
garantie gevraagd voor de investeringen ten behoeve van een
verbetering c.q. instandhouding van de monumentale waarde;
- lig.
In verband met de Rijkssubsidieregeling Restauratie Monumen
ten kan een looptijd van 35 jaar noodzakelijk zj.-jn in plaats
van 30 jaar, daar een subsidiebeschikking pas na ^4jf jaar
tot feitelijke uitbetaling kan leiden.
2. Ten behoeve van de garantieregeling voor de financiering van
INLEIDING