GEMEENTE BREDA
RAADSVOORSTEL
Registratie nr
Dienst/afdeling
Bijlage
1991 /110
917002825
WLZ/KULT
BETREFT VASTSTELLING MEERJARENPROGRAMMA'S 1996 EN 1997 IN HET
KADER VAN HET BESLUIT RIJKSSUBSIDIERING RESTAURATIE
MONUMENTEN
INLEIDING
Ieder jaar dient de gemeenteraad een restauratieprogramma vast
te stellen in het kader van het Besluit Rijkssubsidiering Res
tauratie Monumenten(BRMM)Deze regeling is de opvolger van de
Rijkssubsidieregeling Restauratie Monumenten RRMIn essentie
verschillen de regelingen niet van elkaar. Er wordt eenzelfde
methodiek gehanteerd, namelijk budgetreservering en het program
ma moet jaarlijks door de raad worden vastgesteld. De wijzigin
gen die aangebracht zijn betreffen een verdere afstemming op de
decentralisatie van het Rijksbeleid. De wijzigingspunten zijn:
- de termijn van indiening is vervroegd van 1 september naar 1
juli;
- het college mag altijd wijzigingen aanbrengen in de lopende
programmas
- het programma dient op een verplicht formulier te worden
ingevuld;
- de planperiode is met 1 jaar verlengd (van vijf naar zes
jaar)
- er komt een zogenaamde knelpuntenpotvoor zeer grote
restauraties (voor Breda een onhanteerbaar instrument, in
verband met het verplicht inleveren van jaarbudgetten);
- de provincie krijgt een budgetrerservering voor gemeentes die
een kleiner budget hebben dan f. 100.000,= (voor Breda niet
van toepassing)
De wijzigingen zijn in het voorstel verwerkt.
VOORSTEL
1. De meerjarenprogramma's 1996 en 1997 in het kader van het
Besluit Rijkssubsidiering Restauratie Monumenten vast te
stellen
MOTIVERING/TOELICHTING
De meerjarenprogramma's 1996 en 1997* die onderdeel zijn van het
meerjarenplan 1992-1997* bevatten een overzicht van de in
technische zin matige of slechte monumenten. Dit overzicht treft
u aan in de bijlage. Op deze bijlage ziet een een aantal
subsidiebedragen die reeds door de Rijksdienst voor de
Monumentenzorg zijn vastgesteld, alsmede een indicatie van de
kosten van een (voorgenomen) restauratie. Per jaar is afleesbaar
wat het budget is en hoe het is toegewezen. Voor de jaren 1996
en 1997 wordt een hoger bedrag geclaimd dan feitelijk zal worden
toegewezen. Daardoor ontstaat de mogelijkheid dat de gemeente in
aanmerking kan komen voor een extra bijdrage bij de re-allocatie
van gelden die overblijven uit eerdere jaarschijven.