- 4 - RAADSVOORSTEL vervolg 138 CONSEQUENTIES Bestuurlijk: samenwerking op basis van intentieverklaring De autonome gemeentelijke besluitvorming rond verkeers- en ver voersplannen zal normaal voortgang vinden. Samenwerking ge schiedt vooralsnog op basis van de intentieverklaring. Op vrij dag 14 juni 1991 zal deze intentieverklaring op een officiële bijeenkomst waarbij ook de pers aanwezig is, door de bestuurlij ke vertegenwoordigers van de partners binnen de vervoerregio Breda worden ondertekend. Het college heeft daartoe uit zijn midden een gemachtigde aangewezen die namens Breda zal onderte kenen. Vervolgens zullen tot aan de geplande vaststelling van het Inte grale Regionale Verkeers- en Vervoersplan (IRW) eind 1992 nog twee bestuurlijke beslismomenten optreden wanneer tussenrappor tages aan de orde zijn. Het Plan van Aanpak formuleert als bestuurlijk aandachtsgebied: "komen tot een vervoerregio als instituut waarin op een verant woorde en goed geregelde manier bestuurlijke samenwerking plaatsvindt tussen alle betrokkenen in de regio" (p. 8) "De vorm van samenwerking (op het gebied van verkeer en vervoer) kan uiteen- lopen van een regionaal vervoerscoördinatiepunt tot een bestuurlijke autoriteit, waaraan verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn overgedragen. Eén en ander kan niet los worden gezien van de aktuele diskussies over bestuurlijke vormen van samenwerking in (groot-)stedelijke gebieden" (p. 12). Op basis van de intentieverklaring wordt echter wel een appél gedaan op het verantwoordelijksheidsgevoel van de deelnemers aan de Vervoerregio Breda, mede vanuit welbegrepen eigenbelang: in de toekomst zal een keur aan rijkssubsidies onder meer afhanke lijk worden gesteld van gezamenlijke, bestuurlijk gedragen ver- voerregio-plannen Het is de bedoeling, dat tot aan de vaststelling van het IRW zoveel mogelijk met betrokken regionale partners overlegd c.q. samengewerkt wordt in het kader van verkeers- en vervoersprojec- ten met een regionale of bovenregionale dimensie. Financieel: dekking van de vervoerreaio-kosten De bijdrage van Breda in de vervoerregio-kosten voor de jaren 1991-1992 bedraagt, zoals reeds aangegeven, 162.500,-. Voor 1991 is er als onderdeel van het knooppuntbudget een bedrag van 75.000,- voor verkeer/vervoer/vervoerregio beschikbaar. Van dit bedrag is reeds 8.500,- aangesproken ter financiering van de vervoerwaardestudie Breda-Utrecht (mogelijkheden nieuwe spoorlijn)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 1213