RAADSVOORSTEL vervolg 148a
beschermenswaardig zijn van het betrokken pand, doch met het
gebruik van het pand als horeca-gelegenheid en dan met name de
overlast die daardoor wordt ondervonden. De commissie is van
mening dat appellant in dit belang niet rechtstreeks wordt
getroffen door het plaatsingsbesluit
Gelet op het bovenstaande concludeert de commissie dat de heer
Hensen niet behoort tot de kring van belanghebbenden, als
bedoeld in artikel 5 van de verordening en adviseert derhalve
tot een niet-ontvankelijkverklaring
CONSEQUENTIES
Geen
INSPRAAK
Geen
COMMISSIEBEHANDELING
De commissie onderwijs, cultuur en sociale vernieuwing kan zich
met dit voorstel verenigen.
Burgemeester en wethouders van Breda,
G.A.P.M.
E.H.T.M.
loco-secretaris.
burgemeester
Ligt ter inzage.
- 2 -