RAADSVOORSTEL vervolg 149
Ad c
Subsidie is geweigerd omdat het houden van lezingen niet onder
de subsidieterreinen kunstzinnige vorming of amateuristische
kunstbeoefening zou vallen. Appellante stelt dat dat wèl het
geval is. Naar gangbaar taalgebruik moet echter worden aangeno
men dat het houden van een lezing niet valt aan te merken als
een uitoefening van kunst, ook al zou het onderwerp van de lezing
op kunst betrekking hebben. Bovendien is het bestendig beleid
van het college om lezingen niet als uitoefening van kunst te
subsidiëren. Het houden van een lezing kan echter wèl worden
aangemerkt als een activiteit die door het subsidieterrein scho
ling, ontwikkeling en educatie, deelterrein volwasseneneducatie,
wordt bestreken. Het betrokken deelterreinbudget is echter ook
in dit geval voor 1990 niet toereikend. Ook hier moet de moti
vering dus weer werden gewijzigd. Géén subsidie-afwijzing omdat
de activiteit niet-subsidabel zou zijn maar omdat het betrokken
deelterreinbudget niet toereikend is.
CONSEQUENTIES
Geen
INSPRAAK
Geen
COMMISSIEBEHANDELING
De commissie onderwijs, cultuur en sociale vernieuwing kan zich
met dit voorstel verenigen.
Burgemeester en wethouders van Breda
E.H.T.
G.A.P
loco-secretaris.
7~>urgemeester
- 3 -