RAADSVOORSTEL vervolg 152
de gemeente ontvangt van het stadsgewest een vergoeding voor
de werkelijke kosten tot maximaal het in de begroting geraam
de bedrag, met de mogelijkheid om in onvoorziene gevallen de
begroting te laten wijzigen.
Dit brengt uit de aard der zaak met zich mee (en behoeft dus
slechts gedeeltelijk in de overeenkomst te worden geregeld)dat
in de toekomst:
er één (geïntegreerde) ambtelijke organisatie is, belast met
de voorbereiding en uitvoering van het beleid m.b.t. zowel de
gemeentelijke als de regionale brandweertaken;
het personeel in dienst is bij de gemeente, onder gezag/be
heer staat van burgemeester en wethouders en verantwoording
verschuldigd is aan burgemeester en wethouders;
het personeel centraal is gehuisvest;
het personeel onder éénhoofdige leiding staat van een gemeen
telijk commandant die tevens functioneert als regionaal
commandant
bIngang
Het is de bedoeling, dat de dienstverlening een aanvang neemt op
1 juli aanstaande. Met het oog hierop, is alles in het werk
gezet om per die datum de uit de dienstverlening voortvloeiende
personele, huisvestings-en financiële gevolgen te regelen.
Hierop wordt onder de kop "consequenties" ingegaan.
cBeheersverordening
Het is al geruime tijd gewenst, dat de beheersverordening van de
gemeentelijke brandweer wordt gewijzigd. Deze wijziging is
echter aangehouden in verband met de voorgenomen integratie. Op
deze wijziging wordt in een afzonderlijk voorstel aan uw raad
ingegaan
CONSEQUENTIES
PERSONEEL: Sociaal plan
Ten gevolge van de uitbesteding van de werkzaamheden door het
stadsgewest aan de gemeente worden bij het stadsgewest alle
brandweerfuncties opgeheven. Tevens wordt de organisatie-struc
tuur van de gemeentelijke brandweer gewijzigd. Dit leidt tot het
vervallen van diverse gemeentelijke brandweerfuncties en de
creatie van diverse nieuwe functies. In het sociaal plan is
geregeld op welke wijze het personeel van de stadsgewestelijke
brandweer en het personeel van de gemeentelijke brandweer wordt
ingepast in de nieuwe organisatie-structuur. De verwachting is,
dat het personeel ingepast kan worden. Op 31 januari heeft u
besloten om voor dat inpassings-proces een interim-manager aan
te trekken. Ter uitvoering van dat besluit hebben wij de heer J.
v.d. Wolff als zodanig aangewezen. Daarover hebben wij u bij
brief van 28 maart 1991 geïnformeerd. Op het moment dat dit
voorstel door ons college werd vastgesteld was het inpassings
proces nog niet geheel voltooid. Over eventuele knelpunten
daarbij zal uw raad nog nader worden geïnformeerd.
- 2 -