GEMEENTE BREDA RAADSVOORSTEL Registratie nr Dienst/afdeling Bijlage 1990 19 906814273 SECR/BJZ Geen BETREFT BEZWAARSCHRIFT MR. W.J.G. SCHRÖDERNAMENS CLIëNTEN TEGEN KENNISGEVING VAN UITSTEL VAN DE BESLISSING OP VERZOEKEN OM PLANSCHADEVERGOEDING VAN D. JUCH EN ANDEREN INLEIDING In uw vergadering van 26 februari 1987 wees uw raad 24 verzoeken om schadevergoeding als bedoeld in artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, ingediend naar aanleiding van de realise ring van woonwagenstandplaatsen aan de Ruitersboslaan en de Jacob Catssingel, af. Deze beslissing werd bij uitspraak in beroep van 22 maart 1989 door de Afdeling voor de geschillen van bestuur van de Raad van State vernietigd. Aan deze uitspraak heeft de Afdeling voor geschillen van bestuur de verplichting voor uw raad gekoppeld om opnieuw in de zaak te voorzien. Dat is voor omwonenden van de woonwagenstandplaatsen aan de Jacob Catssingel gedaan bij uw besluit van 28 juni 1990. Tegen dat besluit zijn eveneens door Mr. W.J.G. Schroder, namens bewoners van die standplaatsen, bij uw raad bezwaren ingediend. Deze bezwaren zullen bij u in een afzonderlijk voorstel aan de orde worden gesteld. Bij besluit van 28 juni 1990 geeft u ook kennis van het feit dat u de beslissing op de verzoeken om planschade van de omwonenden van de woonwagenstandplaatsen aan de Ruitersboslaan (D. Juch en anderen) uitstelt. Dit uitstel vindt plaats, in af wachting van nader advies van de schadebeoordelingscommissie in verband met het herziene bestemmingsplan "woonwagenstandplaat sen Ruitersboslaan". Tegen deze kennisgeving diende Mr. W.J.G. Schroder, namens cliënten (bewoners van de woonwagenlokatie Rui- tersbos), op grond van de Wet administratieve rechtspraak over heidsbeschikkingen (wet AROE), een bezwaarschrift in. Dit be zwaarschrift is ter voorbereiding van de te nemen beslissing overgelegd aan de Commissie voor bezwaar- en beroepschriften. VOORSTEL 1. Mr. W.J.G. Schroder niet-ontvankelijk te verklaren in zijn bezwaarschrift MOTIVERING/TOELICHTING Op grond van de wet AROB kan alleen bezwaar worden gemaakt tegen een schriftelijk besluit van een administratief orgaan dat is gericht op enig rechtsgevolg. Met rechtsgevolg wordt bedoeld dat door het besluit een recht c.q. een verplichting dan wel een bevoegdheid of een status ontstaat. De bestreden beslissing is niet gericht op enig rechtsgevolg als vorenbedoeld en kan dan ook niet worden aangemerkt als een beschikking als bedoeld in de wet AROB Ook indien het bestreden raadsbesluit wel als een beschikking zou kunnen worden aangemerkt, dan nog zou het bezwaarschrift niet-ontvankelijk moeten worden verklaard omdat bezwaarden door de bestreden beschikking niet rechtstreeks in hun belangen zijn getroffen (een van de eisen die de wet AROB ten aanzien van ontvankelijkheid stelt)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 155