1 32. De vestiging van een meubelboulevard aan de Ettensebaan is ongewenst, omdat: daaraan, gezien het aantal in Nederland al aanwezige meubelboulevards, in Breda geen behoefte is; Breda, gezien de beperkte mogelijkheden, zuinig moet omgaan met de voorraad bedrijventerreinen en daarop beter bedrijven met een hoge arbeidsintensiteit kan vestigen; de toch al hoge verkeersdruk op de Ettensebaan en omliggende wegen zal toenemen; het vestigen van een bezoekersintensieve voorziening in strijd is met het rijks- en provinciale beleid om de automobiliteit terug te dringen, en tevens met het Structuurschema Verkeer en Vervoer Breda, dat dezelfde boodschap uitdraagt. (49, 65, 82) Veiling en Internationaal Agro Business Centrum 33. Tengevolge van de vestiging van een internationaal agro business centrum, waarbij onder andere expediteurs zullen worden gevestigd, zal het verkeer in die omgeving enorm toenemen. De mogelijkheden van een rechtstreekse aanslui ting op de spoorlijn Breda-Etten Leur en/of de A16 zal moeten worden onderzocht. Een aangeleverd alternatief plan verdient nadere bestudering. (49, 76, 82) zaken uit Breda en de regio én de te verwachten omslag in het beleid van de rijksoverheid ten aanzien van aan de meubelhandel gelieerde branches, zoals woningtextiel. Zouden deze branches ook op perifere locaties aanvaard baar worden, dan wordt opneming in de meubelboulevard mogelijk. Ook dan wordt in eerste instantie gedacht aan verplaatsing van bedrijven uit Breda en regio waarvan nu reeds bekend is, dat zij te klein zijn gehuisvest. Als er daarbij sprake is van uitbreiding, dan zal een nieuw D.P.O. daaromtrent uitsluitsel moeten geven. Overigens zijn noch door de Rijksconsulent Economische Zaken, noch door de Kamer van Koophandel officieel nega tieve standpunten ingenomen ten aanzien van een meubel concentratie aan de Ettensebaan. Het bestemmingsplan wordt aangepast aan de opmerkingen van de Provinciale Planologische Commissie terzake (zie bijlage 1 bij dit raaddsstuk). 32. - De behoefte aan een meubelboulevard in Breda is hierboven onder 1 voldoende aangetoond. Nu die be hoefte aanwezig is, dient daarvoor ruimte te worden gereserveerd De huidige locatie is, conform het rijksbeleid, vastgesteld op basis van het drie-stappenmodel. Door de vestiging van een meubelboulevard aan de Ettensebaan zal de verkeersintensiteit uiteraard toenemen. Echter ook zonder een dergelijke vestiging neemt de belasting van de wegen in en om Breda steeds toe door groei van de beroepsbevolking en het beschikbaar inkomen en de stijging van het autobe zit. Het gemeentebestuur streeft ernaar om de groei van de automobiliteit te beperken en de groei van de mobiliteit door het openbaar vervoer en het fiets- verkeer te laten overnemen. Daarop wordt het loca- tiebeleid van bedrijven en voorzieningen afgestemd. Door verbetering van het openbaar vervoer, met name over de Ettensebaan als stedelijke as, zal de loca tie Princenhage kunnen worden aangemerkt als een B- locatie. Deze locaties zijn bij uitstek geschikt voor voorzieningen als een meubelboulevard omdat enerzijds, vanwege het bezoekersaantrekkende karak ter, de bereikbaarheid per openbaar vervoer goed moet zijn en anderzijds, vanwege de aan- en afvoer van volumineuze goederen, de bereikbaarheid per auto eveneens goed moet zijn. Deze locatie sluit dus aan op het mobiliteitsbeleid. 33. Bij de reconstructie van het kruispunt Princeville wordt rekening gehouden met een zo goed en direct mogelijke aansluiting van de wegenstructuur van het veilingcomplex op het rijkswegennet. Bovendien wordt in het bestemmings plan ook nog rekening gehouden met een rechtstreekse aan sluiting van het veilingcomplex op de westtangent, waar door, ook via de snelwegaansluiting Prinsenbeek, een snelle bereikbaarheid van het rijkswegennet is gewaar borgd. Een extra, rechtstreekse aansluiting van het vei-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 1150