SO® gemeente Breda RAADSVOORSTEL Registratie nr Dienst/afdeling Bij lage 1992 /1 96 927920585 OW/RO Geen BETREFT: HET ONTVANKELIJK VERKLAREN VAN EEN VERZOEK OM PLANSCHADEVERGOEDING EX ARTIKEL 49 VAN DE WET OP DE RUIMTELIJKE ORDENING EN HET BENOEMEN VAN EEN SCHADEBEOORDELINGSCOMMISSIE INLEIDING Door mevrouw mr. D. de Vries van SRK Rechtsbijstand, Europaweg 151 te Zoetermeer, is namens de heer N. Mes, wonende Nieuw Zonzeel 4, 4823 GG Breda, een verzoek om planschadevergoeding ex artikel 49 WRO ingediend*. Verzoekster stelt dat cliënt schade lijdt door de bouw van een garage aan de zijkant van zijn woning op het perceel Nieuw Zonzeel 5 te Breda. De schade, bestaande uit een waardevermindering van zijn woning, wordt begroot op 35.000, VOORSTEL Te besluiten het ingediende verzoek om planschadevergoeding ontvankelijk te verklaren en een schadebeoordelingscommissie te benoemen. MOTIVERING/TOELICHTING Artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening bepaalt onder andere dat wanneer belanghebbende schade lijdt als gevolg van de bepalingen van een bestemmingsplan, of van vrijstelling op grond van artikel 17, 18, 18a of 19 WRO, welke schade redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en waarvan de vergoeding niet of niet voldoende door aankoop, onteigening of anderszins is verzekerd, de gemeenteraad hem op zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toekent. Verzoekster stelt in het verzoekschrift dat als gevolg van de bouw van een garage aan de zijkant van de woning van de heer N. Mes, haar cliënt schade lijdt welke begroot wordt op 35.000,--. De schadefactoren zijn visuele hinder tengevolge van de bouw van deze garage met een lengte van circa 12 meter en een gemiddelde hoogte van circa 2 meter en het feit dat de koopsom van de woning van cliënt 25.000,--. duurder was dan de identieke woning met bouwnummer 50. Deze prijsdifferentiatie is gebaseerd op de ligging en het uitzicht op de Asterdplas. Door de garage wordt het uitzicht thans weggenomen. Door verzoekster wordt P" een taxatierapport* ter onderbouwing van het verzoek overgelegd. Verzoekster is van oordeel dat de schade redelijkerwijs niet ten laste van cliënt behoort te blijven. Wij hebben het ingekomen verzoekschrift voor uw raad ter inzage gelegd. In Breda is van kracht een verordening* die de procedure regelt bij toepassing van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. Deze procedure verloopt als volgt: a. verzoeken om schadevergoeding moeten worden gericht aan de gemeenteraad en worden niet eerder in behandeling genomen dan nadat een bedrag ad 50,-- is gestort; b. binnen twee maanden (met de mogelijkheid van twee maanden verdaging) beslist de gemeenteraad over de ontvankelijkheid van een verzoek; c. indien het verzoek ontvankelijk is, wijst de gemeenteraad vervolgens een schadebeoordelingscommissie, bestaande uit drie leden, aan die moet adviseren over een verzoek;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 1158