gemeente Breda
-sno
RAADSBESLUIT 1992
Registratie nr 926806302
Dienst/afdeling SECR/BEL
De raad van de gemeente Breda;
gezien het voorstel van de burgemeester en wethouders en met
overname van de daarin vermelde overwegingen;
gelet op artikel 272, aanhef en onderdeel h, en 277, eerste lid, aanhef en
onderdeel b, ten eerste van de gemeentewet;;
besluit:
vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van een
riool recht.
Begripsomschrijvingen
Artikel 1
Voor de toepassing van deze verordening wordt:
a. onder afvalwater verstaan water en stoffen die worden afgevoerd via de
gemeentelijke riolering;
b. onder eigendom verstaan een roerende of een onroerende zaak;
c. onder verbruiksperiode verstaan de periode waarop de afrekening van het
waterleidingbedrijf c.q. nutsbedrijf betrekking heeft.
Belastbaar feit en belastingplicht
Artikel 2
1. Onder de naam "rioolrecht" wordt geheven een recht van de gebruiker van
een eigendom van waaruit afvalwater direct of indirect op de gemeentelijke
riolering wordt afgevoerd.
2. Met betrekking tot het in het eerste lid bedoelde recht wordt als
gebruiker aangemerkt:
a. degene die naar de omstandigheden beoordeeld het eigendom al dan niet
krachtens een zakelijk of persoonlijk recht gebruikt;
b. ingeval een gedeelte van een eigendom - niet een gedeelte als bedoeld in
artikel 3 - ten gebruik is afgestaan: degene die dat gedeelte in gebruik
heeft afgestaan.
Artikel 3
Indien gedeelten van een in artikel 2 bedoeld eigendom blijkens hun
indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, worden
die rechten geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien
verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tesamen als één geheel
worden gebruikt, deze als één eigendom worden aangemerkt.
Maatstaf van heffing.
Artikel 4
1. Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt geheven naar het aantal kubieke
meters afvalwater dat vanuit het eigendom wordt afgevoerd.
2. Het aantal kubieke meters afvalwater wordt gesteld op het aantal kubieke
meters water dat in de laatste aan het begin van het belastingjaar vooraf
gaande verbruiksperiode naar het eigendom is toegevoerd of opgepompt.