RAADSBESLUIT vervolg 2^8 Aangifte Artikel 9 Het formulier van het aangiftebiljet wordt bij afzonderlijk raadsbesluit vastgesteld. Artikel 10 De belastingplichtige aan wie niet binnen zes maanden na afloop van het belastingjaar een aangiftebiljet is uitgereikt of een aanslag is opgelegd is gehouden binnen een maand na het verstrijken van de genoemde termijn bij burgemeester en wethouders schriftelijk om uitreiking van een aangiftebil jet te verzoeken. Ontstaan van de belastingschuld en bepalingen omtrent aanvang en einde van de belastingplicht in de loop van het tijdvak Artikel 11 1. Het rioolrecht als bedoeld in artikel 2 is verschuldigd bij de aanvang van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belasting- plicht. 2. Indien de belastingplicht met betrekking tot het eigendom voor het rioolrecht als bedoeld in artikel 2 in de loop van het belastingjaar aanvangt, is het recht verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. 3. Indien de belastingplicht met betrekking tot het eigendom voor het rioolrecht als bedoeld in artikel 2 in de loop van het belastingjaar eindigt, wordt ontheffing verleend over zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na het tijdstip van beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. Vrijstellingen Artikel 12 Het rioolrecht wordt niet geheven terzake van eigendommen, welke in hoofdzaak zijn bestemd voor de openbare eredienst of voor openbare bijeen komsten van genootschappen op geestelijke grondslag - anders dan kerkge nootschappen - die rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid zijn, voor het gezamenlijk beleven van en zich bezinnen op de aan die genootschappen ten grondslag liggende levensovertuiging. Machtiging tot overdracht van bevoegdheden Artikel 13 Burgemeester en wethouders kunnen één of meer gemeenteambtenaren aanwijzen, die in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoering van enige wettelijke bepaling betreffende de heffing en invordering van de belastin gen. Artikel 14 Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat voor de terpostbezorging of uitreiking van aanslagbiljetten ingevolge artikel 8, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) voor de gemeenteontvanger of de op grond van artikel 127a van de gemeentewet aangewezen functionaris een andere

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 1483