- 2 -
RAADSVOORSTEL vervolg 263
Uit de enquête bleek voorts dat er een duidelijk maatschappelijke behoefte
bestaat aan een officieel identiteitsbewijs naast de bestaande documenten
die hiervoor gebruikt worden.
Daaruit bleek de noodzaak aanwezig om de verschillende reeds bestaande
(vrijwillige) gemeentelijke identiteitsbewijzen te vervangen door één
uniform model, dat aan bovengenoemde behoefte tegemoet zou kunnen komen.
Het door de V.N.G. ontwikkelde model voldoet aan een aantal randvoorwaarden:
1. één model kaart die in het gehele land op ieder gemeentehuis algemeen
verkrijgbaar is voor de ingezetenen met de Nederlandse nationaliteit;
2. de uitgifte van alle "eigen" modellen gemeentelijke identiteitskaarten
worden gestaakt;
3. de procedures rond aanvraag, afgifte, weigeren, het vaststellen van de
identiteit enzovoort dienen bij alle gemeenten identiek te zijn.
Wil het thans beoogde document een plaats krijgen in het maatschappelijk
bestel dan is uniformiteit een absoluut vereiste.
Als gevolg van deze eis is dan ook in de Standaardverordening, vastgelegd
dat uitsluitend het door de V.N.G. vastgestelde document in omloop wordt
gebracht door gemeenten.
Daarnaast is het zonder meer noodzakelijk dat de raad de
Standaardverordening, welke u hierbij aantreft, ongewijzigd vaststelt.
De beoogde landelijke acceptatie is immers alleen mogelijk wanneer in iedere
gemeente dezelfde regelgeving geldt.
Om deze reden zal het door de V.N.G. vastgestelde model van de
identiteitskaart uitsluitend geleverd worden aan die gemeenten die de
standaardverordening zonder wijziging hebben overgenomen.
Verder kan in het kader van de acceptatie u medegedeeld worden dat de PTT
Post voornemens is om de uitgifte van de Postidentiteitskaart met ingang van
de datum van invoering van de gemeentelijke identiteitskaart, 1 januari
1993, te stoppen (zie bijlage)
2. Aanwijzing van de kaart als reisdocument/nationale identiteitskaart.
Zoals u wellicht reeds bekend is, zal de gemeentelijke identiteitskaart per
1 januari niet worden aangewezen als reisdocument. Dit gegeven heeft
overigens geen enkele invloed op het invoeringstraject van de gemeentelijke
identiteitskaart: de invoering vindt per 1 januari aanstaande, zoals
gepland, normaal doorgang.
Reden van het niet kunnen aanwijzen is een puur juridische.
Voor de produktie en distributie van de gemeentelijke identiteitskaart
heeeft de V.N.G., conform de van toepassing zijnde EG-richtlijn, een
Europese aanbestedingsprocedure gevolgd. Uiteraard heeeft de V.N.G.
aanbesteed voor een gemeentelijke identiteitskaart en niet voor een
reisdocument
Na de sluitingsdatum van het indienen van de offertes deelde het Ministerie
van Binnenlandse Zaken namelijk pas mee, dat na beraadslaging in kabinet en
parlement, alsnog de wens bestond om van onze kaartgebruik te maken ten
behoeve van rijksdoeleinden. Concreet betekende dit aanwijzing van de
gemeentelijke identiteitskaart als reisdocument per 1 januari 1993.