Samenwerking Met name de samenwerking met de rijkspolitie in de omliggende gemeenten heeft een goede ontwikkeling doorgemaakt. De samenwerking met het algemeen maatschappelijk werk is gecontinueerd. Het Riagg heeft op diverse terreinen (onder andere opvang van sexueel-geweldslachtoffers) de samenwerking met Bureau Slachtofferhulp gezocht, evenals de reclasseringsinstellingen, onder andere voor bemiddeling bij schaderegelingen. De samenwerking met het Arrondissementsparket verliep steeds beter en de medewerkers verschenen opnieuw meer voor de rechtbank met verzoeken tot "beledigde partijstelling" dan voorheen. Ook hierdoor werd de bekendheid vergroot en kregen de medewerkers gemakkelijker toegang tot de rechtbank. Hulp aan verkeersslachtoffers Het experiment, gestart in 1989 met medewerking van het Regionaal Orgaan voor de Verkeers veiligheid, werd in 1991 als project voortgezet. Dit hield in, dat voor verkeersslachtoffers een aparte organisatiestructuur werd ingesteld en dat twee medewerkers (stagiaires) de uitvoering van de hulpverlening ter hand namen, hierin bijgestaan dor de coördinator als projectleider. Het afgelopen jaar heeft geleerd, dat het slagen van een dergelijk project staat of valt met continu- iteit. Gebleken is dat de uitvoering van de hulpverlening door stagiaires, die slechts 1 jaar werkzaam zijn, te kwetsbaar is. Het ontbreken van een beroepskracht die zich kan inzetten voor een dergelijk project, heeft tot gevolg gehad, dat de hulpverlening aan verkeersslachtoffers niet is toegenomen; het project blijkt in de gevolgde opzet niet goed van de grond te zijn gekomen. Er zal naar gestreefd dienen te worden hiervoor een of meer medewerkers (betaald of onbetaald) aan te trekken, die dit project nieuw leven kunnen inblazen. Er is een groot aantal verkeers slachtoffers voor wie hulp van onze organisatie van belang is. Medewerkers Het Bureau Slachtofferhulp heeft te maken met een landelijk erkend probleem voor wat betreft de personele bezetting: het verloop onder vrijwillige medewerkers. Vrijwillige medewerkers die geheel belangeloos slachtofferhulp wensen te doen, blijven in de praktijk gemiddeld twee jaar. In de slachtofferhulp wordt een zorgvuldige registratie bijgehouden van de werkzaamheden rondom cliënten. Bij veel vrijwilligers bestaat hiertegen weerstand. Een vaste administratieve kracht op het bureau zou een deel van deze problematiek kunnen oplossen, doch het ontbreekt aan financiële middelen hiervoor. Enkele cijfers In 1991 heeft het Bureau Slachtofferhulp in het Stadsgewest Breda 2120 slachtoffers geholpen. Dit betrof zowel kortdurende als langlopende hulpverlening. Aanmeldingen Bureau Slachtofferhulp Breda Stadsgewest 1991 Langlopend Kortdurend Totaal regio-bureau Breda 463 767 1230 bureau Etten Leur 160 198 358 bureau Oosterhout 114 147 261 bureau Zevenbergen 49 134 183 bureau Werkendam 39 49 88 Totaal 825 1295 2120 20

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 1671