gemeente Breda
RAADSVOORSTEL
Registratie nr
Dienst/afdeling
Bijlage
1992 /42
927215201
GB/TR
geen
BETREFT
HET AANPASSEN VAN ARTIKEL 1 VAN DE VERKOOPVOOR
WAARDEN ALS OPGENOMEN IN DE BESLUITEN VAN UW
RAAD VAN 19 DECEMBER 1991, TOT VERKOOP VAN
GROND IN HET PLAN OVERKROETEN, AAN DIVERSE
ONTWIKKELAARS/BOUWERS
INLEIDING
Op 19 december 1991 heeft uw raad aan een achttal ontwikke
laars/bouwers diverse percelen grond verkocht, gelegen in het
plan Overkroeten, voor de bouw van in totaal 203 woningen.
In artikel 1 van de bij deze besluiten behorende verkoopvoor
waarden is bepaald, dat de overeengekomen koopsom vast is tot
1 januari 1992. Na deze datum is over de koopsom rente ver
schuldigd. Deze bepaling is echter redelijkerwijs niet te
handhaven
VOORSTEL
1. Te besluiten artikel 1 van de bij voornoemde besluiten
behorende verkoopvoorwaarden zodanig aan te passen, dat
voor het vast zijn van de koopsom niet wordt gelezen 1
januari 1992, maar 1 juli 1992, zodat eerst bij betaling
na deze datum een rente verschuldigd zal zijn.
MOTIVERING/TOELICHTING
Bij de ontwikkeling van het plangebied Overkroeten is gekozen
voor het in fases bouwrijpmaken van het totale woongebied. Dit
betekende, dat volgens de planning het plandeel Overkroeten-
Zuid eerst in week 45/46 van 1991 en week 2/3 van 1992 bouw
rijp zou worden opgeleverd. Uitgaande van deze bouwrijpplan-
ning heeft de Provinciale Directie van Noord-Brabant de pre
miebeschikkingen voor de woningen op ons uitdrukkelijk verzoek
eerst in december 1991 afgegeven.
Ook de procedure voor de verkoop van de grond is afgestemd
geweest op het nemen van de benodigde besluiten in uw vergade
ring van 19 december 1991. Bij het redigeren van artikel van
de bij de voornoemde besluiten behorende verkoopvoorwaarden,
dat bepalingen bevat over de koopsom en de eventueel verschul
digde rentevergoeding is echter onvoldoende rekening gehouden
met een aantal omstandigheden, zoals er zijn:
1. Om de markt niet te overvoeren hebben wij gemeend de wonin
gen gefaseerd c.q. geïndiceerd op de markt te brengen.
Daardoor zijn/ worden enkele plannen eerst later na 1
januari 1992 in de verkoop genomen;
2. Het late tijdstip van de afgifte van de premiebeschikkingen
en de kennisgevingen van de raadsbesluiten;
3. De voorzichtigheid bij het notariaat en de bouwwereld als
gevolg van de uitspraak van de Hoge Raad in het arrest St.
Oedenrode over het begrip bouwrijpmaken en het terugvorden
van de B.T.W.
Om die redenen achtten wij het onredelijk van de desbetreffen
de ontwikkelaars/bouwers te eisen, dat zij de koopsom vóór 1
