iSSi
qemeente Breda \[yJ Registratie nr 927215368
IJUVfl/rP RAADSBESLUIT 1992 68
Dienst/afdeling GB/TR
De raad van de gemeente Breda;
gezien het voorstel van de burgemeester en wethouders en met
overname van de daarin vermelde overwegingen;
gelet op artikel 171 van de Gemeentewet;
besluit:
1. voor de bouw van een kantoorgebouw te verkopen aan Stichting Pensioen
fonds Ahold, Westzijde 37, 1506 EB Zaandam B.V.het ter plaatse aan de
Claudius Prinsenlaan te Breda afgepaalde en op de bij dit besluit behorende
en als zodanig gewaarmerkte situatietekening van het Grondbedrijf Breda,
nummer 60149, gedateerd 24 september 1991, met een grijze kleur aangeduide
gedeelte van het perceel, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie D,
nummer 9181 groot ongeveer 4.780 m2, voor de prijs van 2.000.000,
(zegge: twee miljoen gulden) exclusief B.T.W., volgens het op het tijdstip
van de eigendomsoverdracht geldende tarief;
2. te bepalen, dat de verkoop van de hiervoor onder 1. aangeduide grond zal
geschieden met inachtneming van:
a. de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte situatieteke
ning van het Grondbedrijf Breda, nummer 60149 en gedateerd 24 september
1991, waarop het perceel grond bij benadering is aangegeven;
b. de volgende bedingen:
Artikel 1
De koopsom blijft tot 1 juni 1992 ongewijzigd.
Vanaf 1 juni 1992 wordt de koopsom verhoogd met de wettelijke rente per
jaar, rente op rente, over het aantal dagen berekend vanaf 1 juni 1992 tot
en met de datum van betaling van de koopsom. Over de verhoging van de
koopsom is de koper eveneens B.T.W. verschuldigd.
Partijen hebben met elkaar vastgesteld, dat de gemeente als verkoper van
het perceel grond, het perceel bouwrijp maakt. De gemeente heeft het
perceel vrij gemaakt van struiken, afrasteringen en andere obstakels, die
aanwezig waren. De gemeente heeft tevens het bestaande parkeerterrein
weggehaald, bestaande nutsvoorzieningen weggehaald c.q. verlegd en het
perceel geëgaliseerd.
Voorts heeft de gemeente uitsluitend ten behoeve van het op het perceel te
realiseren kantoorgebouw een "vuil water" systeem aangelegd en een hemelwa
terbuffer gemaakt.
Door het perceel bouwrijp te maken als hiervoor omschreven moet het perceel
worden aangemaakt als een vervaardigd goed als bedoeld in artikel 11 (le
lid, letter a, onder le) van de Wet op de Omzetbelasting 1968, zoals deze
bepaling is te verstaan in het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden van
21 november 1990, rolnummer 26.362, gepubliceerd in BNB 1991/19.
Daarom is de gemeente ter zake van deze levering omzetbelasting verschul
digd en is zij gerechtigd die bij de koper, de stichting als genoemd onder
1. van dit besluit in rekening te brengen.