RAADSVOORSTEL vervolg 7
In de samenwerkingsovereenkomsten c.q. intentieverklaringen
wordt geregeld, dat de realisatoren moeten deelnemen aan een
ontwikkelingstraject, dat van voorlopige ontwerpen leidt naar
definitieve ontwerpen, die, indien de realisatoren voldoen aan
de gestelde randvoorwaarden, zullen worden goedgekeurd door ons
college en waarna een bouwaanvraag kan worden ingediend. Daarin
zijn vervolgens bepalingen opgenomen die handelen over een
overlegorgaan, het gereserveerd zijn van de benodigde grond, het
onoverdraagbaar zijn van de contractspositie, zaken betreffende
de winkels en een geschillenregeling. Voorts is bepaald, dat de
gemeente publiekrechtelijke inspanningen zal leveren om ervoor
te zorgen dat de geplande bebouwing daadwerkelijk kan worden
gerealiseerd. Alleen in geval de gemeente verwijtbaar tekort
schiet in haar publiekrechtelijke inspanningen kan zij tot
vergoeding van de daardoor ontstane schade worden aangesproken.
Voor het overige kan de gemeente niet aansprakelijk worden
gesteld, omdat bedongen is, dat elke realisator onder zijn
verantwoordelijkheid en voor zijn rekening en risico verder
ontwerpt c.q ontwikkelt. De overeenkomsten kunnen tot slot
worden beëindigd in geval van wanprestatie, surseance van
betaling, faillissement e.d., bodemverontreiniging en in geval,
dat duidelijk wordt dat geen rechtsgrond voor het bouwen
kan worden verkregen.
Indien de onderscheidene realisatoren aan hun verplichtingen
voldoen zullen wij hun de benodigde bouwgrond verkopen onder de
gebruikelijke voorwaarden. Een en ander is tot uitdrukking
gebracht in de overeenkomsten c.q. intentieverklaringen.
Voor wat de financiële haalbaarheid van het plan betreft verwij
zen wij kortheidshalve naar de voor u in de raadsportefeuille
ter inzage gelegde "Financieel-economische verantwoording van
het centrumgebied Heksenwiel"* van het grondbedrijf. Daaruit
blijkt, dat het bijgestelde ontwerp van Blauwhoed met een
positief exploitatieresultaat kan worden gerealiseerd. Opgemerkt
zij evenwel, dat het exacte resultaat eerst kan worden vastge
steld, nadat alle definitieve ontwerpen zijn goedgekeurd door
ons college.
Voorts merken wij nog op, dat de Stichting Stuurgroep Experimen
ten Volkshuisvesting te Rotterdam ten behoeve van het maken van
een voorstudie van de integrale ouderenvoorzieningen reeds een
bijdrage heeft verstrekt van 36.830,00 inclusief B.T.W.
Wij stellen u voor deze bijdrage te aanvaarden. Overigens heeft
ons college het afgelopen jaar veelvuldig overlegd met Gedepu
teerde Staten over het realiseren van steunpuntprojecten in
Breda en de realisatie van de integrale ouderenvoorzieningen in
Heksenwiel. Op 29 april 1990 hebben wij daarvoor subsidie
aangevraagd en op 3 0 augustus 199 0 kregen wij een eenmalige
bijdrage toegezegd van 500.000,00 in de stichtingskosten van
het onlangs gereedgekomen steunpunt voor ouderen in Doornbos.
