blad nr.
Artikel 3 Werkplan/Begroting
1. Voor 1 februari 1992 moet door de stichting een werkplan en een begroting
met betrekking tot 1992 voorzien van een behoorlijke toelichting, ter
goedkeuring bij burgemeester en wethouders worden ingediend.
2. De stichting is er mede bekend, dat:
a. de financiële bijdragen van de gemeente uitsluitend betrekking
hebben op het in artikel 1 genoemde jaar;
b. door burgemeester en wethouders wordt beslist, zulks met inacht
neming van de nader in deze overeenkomst gestelde voorwaarden, of
genoegzaam aan de gestelde voorwaarden is voldaan, zodat verstrek
king bijdrage kan worden voortgezet;
c. de eventueel door de stichting aangegane meerjarige financiële
verplichtingen - daaronder mede begrepen de financiële verplich
tingen met betrekking tot het personeel - geen invloed hebben op de
al of niet verstrekking van de financiële bijdrage dan wel op de
eventuele continuering daarvan na afloop van deze overeenkomst.
3. In het werkplan zijn tenminste de volgende zaken opgenomen:
a. een opgave van de activiteiten als bedoeld in artikel 2;
b. een opgave van de personele formatie, die voor de uitvoering van de
onder b bedoelde activiteiten noodzakelijk wordt geacht;
c. de wijze, waarop huurdersorganisties en bewoners bij uit te voeren
activiteiten worden betrokken.
4. De stichting verstrekt met betrekking tot de ingediende begroting binnen
een door burgemeester en wethouders vast te stellen termijn nadere
gegevens, die burgemeester en wethouders nodig achten voor een juiste
beoordeling van de begroting.
5. Burgemeester en wethouders beslissen uiterlijk vóór 1 april 1992. omtrent
de goedkeuring van het krachtens het eerste lid ontvangen werkplan en
begroting.
Deze beslissing wordt schriftelijk aan de stichting medegedeeld.
Artikel 4 Samenwerking gemeente/stichting
1. Met betrekking tot de activiteiten van de stichting zullen partijen
periodiek op bestuurlijk en ambtelijk niveau met elkaar in overleg
treden. Het bestuurlijk overleg zal als regel halfjaarlijks plaatsvinden.
Partijen zijn gerechtigd zo nodig een tussentijds overleg te entameren.
De verslaglegging van de hiervoor bedoelde overlegvormen zullen door of
vanwege de gemeente worden verzorgd.
PCIH/VH506
