huizen, die naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet dagelijks heen en weer kan reizen, heeft voor de duur van maximaal twaalf maanden aanspraak op een tegemoetkoming in de pensionkosten als bedoeld in het tweede lid. HOOGTE VAN DE TEGEMOETKOMING IN REIS- EN PENSIONKOSTEN artikel 7 1. De tegemoetkoming in reiskosten als bedoeld in artikel 6, eerste, vierde en vijfde lid, is gelijk aan de kosten van openbaar vervoer naar de laagste klasse tot het maximum dat zonder inhouding van belasting kan worden verstrekt indien daadwerkelijk met het openbaar vervoer wordt gereisd. 2. Indien het reizen per openbaar vervoer voor belanghebbende niet mogelijk is of redelijkerwijs niet van hem mag worden verwacht, wordt een vergoeding voor gebruik van een eigen motorvoertuig toegekend op basis van artikel 11 lid 2 van het Rijksverplaatsingskostenbesluit 1989. artikel 8 1. De tegemoetkoming in pensionkosten als bedoeld in artikel 6, tweede lid, bedraagt voor de belanghebbende die gewoon lijk met gezinsleden samenwoont 90% en voor de overige be langhebbende 60% van de betaalde pensionkosten, voor zover deze kosten niet uitgaan boven de door burgemeester en wet houders redelijk geoordeelde pensionkosten. 2. De tegemoetkoming in reiskosten voor gezinsbezoek dan wel voor het bezoeken van de plaats waar belanghebbende nog is gehuisvest is gelijk aan de kosten van het gebruik van het openbaar vervoer en wel naar het tarief van de laagste klasse UITVOERINGSBEPALINGEN artikel 9 1. De tegemoetkoming in reis- en pensionkosten ingevolge het bepaalde in de artikelen 7 en 8 wordt voor niet langer dan zes maanden verleend. Burgemeester en wethouders kunnen deze termijn op verzoek van de belanghebbende op wie de verplichting tot verhuizen is gelegd telkens voor niet lan ger dan zes maanden verlengen. 2. Geen aanspaak op tegemoetkoming in reis- en/of pensionkos ten bestaat indien de declaratie van de in een kalender maand gemaakte kosten niet binnen drie maanden na die ka lendermaand bij het bevoegde gezag is ingediend. artikel 10

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 776