153
- 24 -
RAADSVOORSTEL vervolg
Antwoord
Geluidhinder als gevolg van evenementen is een moeilijke problematiek.
Evenementen behoren bij de binnenstad en bij openluchtevenementen zijn
nauwlijks voorzieningen te treffen of voorwaarden op te nemen die overlast
moeten tegengaan, zonder het evenement onmogelijk te maken.
De geluidhinder van evenementen wordt beheerst door de geluidhinder
verordening Breda. In de vergunningen, die op basis van artikel 15, lid 2
van die verordening worden afgegeven, wordt uitsluitend een tijdbeperking
opgenomen. Het ligt in de bedoeling in de toekomst eveneens een decibel
beperking op te leggen.
B. Overige reacties
Directoraat-Generaal voor het vervoer. Postbus 90115, 4800 RA BREDA
a. Een aantal plannen en onderzoeken op verkeersgebied (Integraal regionaal
verkeer- en vervoerplan, deelnota's Langzaam verkeer en Parkeren, Mobili
teitsonderzoek) zal pas eind 1992/medio 1993 verschijnen. Voor de beïnvloe
ding van de modal-split zijn deze, samen met het openbaar vervoer, van
belang. Afstemming van het structuurplan op de uitkomsten van deze beleids
stukken op verkeersgebied kan niet wachten tot de eerste evaluatie over
vijf jaar. De investeringsbeslissingen en de subsidieverlening van het Rijk
hangen af van de mate van integratie van deze elementen in het ruimtelijk
beleid van Breda.
b. Er zal aandacht moeten worden geschonken aan het goederenvervoer, met
name de bereikbaarheid van de binnenstad en de bevoorrading.
Antwoord
a. Binnen de hoofdlijnen van het structuurplan zal het beleid met betrek
king tot parkeren, openbaar vervoer en langzaam verkeer worden doorgevoerd,
waarbij ook aansluiting gezocht wordt bij de Vervoerregio. Hierbij zal
zeker niet gewacht worden tot de eerste bijstelling van het structuurplan
in 1997 op basis van de evaluatie. Wel zal deze evaluatie over 5 jaar
mogelijk aanleiding zijn voor een nadere aanpassing van het beleid.
b. In het structuurplan wordt expliciet aangegeven dat de bereikbaarheid
voor het goederenvervoer aandacht verdient. In eerste instantie zal
nagegaan worden of een (regionaal) stadsdistributiecentrum haalbaar is.
Afhankelijk van deze resultaten zal dan verder beleid ten aanzien van het
goederenvervoer ontwikkeld worden.
Dienst RNV, provincie Noord-Brabant
a. De Dienst RNV is van mening dat het structuurplan door zijn uitvoerings-
gericht karakter een goede basis vormt voor de verdere planvorming van de
binnenstad.
Op enkele onderdelen is het structuurplan nog te globaal voor de nadere
uitwerking van de meest strategische onderdelen van de ontwikkelingsprojec
ten. Met betrekking tot het terrein van de Chassékazerne wordt de strategi
sche waarde van deze unieke locatie onderschat en is een nadere afweging
ten aanzien van de gewenste structuur gewenst.