- 25 -
1 5 fi
RAADSVOORSTEL vervolg
Het scheuren van grasland, voorzover dit geschiedt binnen de bestemming
A(na) doet de (voorwaarden voor het handhaven c.q. ontwikkelen van) natuur
waarden teniet. De agrarische bedrijfsvoering met handhaving van het
huidige weideland is hiermee niet in strijd.
De verwarring omtrent de straatnaam is begrijpelijk. Op de plankaart zal
het perceel aangeduid worden met Buurtschap Effen Cl en C2
Het bezwaar achten wij derhalve deels gegrond, deels ongegrond.
Het plan zal dienovereenkomstig worden aangepast
Ad 37 (C.J. van Aert)
Bezwaar
Reclamant verzoekt om vergroting van het bouwblok, ook voor zijn perceel
aan de Rithsestraat
Beoordeling
Het bedoelde bouwvlak is aangegeven op basis van de huidige aard en omvang
van het bedrijf, rekening houdend met enige ontwikkeling in de komende
jaren. Verdere uitbreiding is mogelijk via de wijzigingsbevoegdheid, maar
zo'n verzoek zal te zijner tijd moeten worden onderbouwd met concrete
(bouw)plannen, waarvan de noodzaak voor de ontwikkeling van het bedrijf
aangetoond moet worden. Omschakeling naar glas behoort niet tot de moge
lijkheden (zie de ambtshalve overwegingen)
Het bezwaar achten wij derhalve ongegrond
Ad 38 (Sintels B.V.)
Bezwaar
Reclamant heeft bezwaar tegen het niet kunnen bouwen van een bedrijfswo
ning, alsmede tegen de maximale 15% uitbreidingsmogelijkheid ten opzichte
van de huidige bebouwing; deze bepalingen zijn in strijd met het in 1987
goedgekeurde bestemmingsplan "Rijsbergseweg/Sintelweg"
Beoordeling
In het vigerende plan "Rijsbergseweg/Sintelweg"destijds opgesteld om de
vestiging van een ponyfokkerij annex pension mogelijk te maken, is vastge
steld in 1987. In het bestemmingsplan Buitengebied zal met de uitgangspun
ten van dit bestemmingsplan rekening gehouden worden. Dit betekent dat de
reeds aanwezige woning, opgenomen als bedrijfswoning, gehandhaafd blijft.
In het herziene bestemmingsplan van 1987 is de mogelijkheid van een tweede
agrarische bedrijfswoning opgenomen onder voorwaarden. Weliswaar is door
Gedeputeerde Staten aan de genoemde regeling goedkeuring onthouden, dit
betreft echter de regeling ten aanzien van de inhoud. Wij zijn van mening,
mede gelet op de relatief korte periode dat dit plan tot stand is gekomen,
er onvoldoende reden is deze mogelijkheid thans in het bestemmingsplan
Buitengebied te ontnemen. Voor de juridische regeling van het een en ander
geldt het plan uit 1987 uit uitgangspunt.
Het bezwaar is derhalve op dit punt gegrond
In overleg met de reclamant is na de hoorzitting gebleken dat er geen
behoefte bestaat aan de 100% bebouwingsmogelijkheden welke het vigerende
plan mogelijk maakt, doch dat, gezien de uitbreidingsplannen, een bebou
wingspercentage van 45% voor het gehele bouwvlak voldoende is.