Par keerverordening Breda 1992 Biz 3 Artikel 5 beslissing vergunning-verlening 1. De vergunning wordt gesteld op naam van de eigenaar of houder van een motorvoertuig. De vergunning is niet overdraagbaar. 2. De vergunning wordt voor ten hoogste twaalf maanden verleend. 3. Een vergunning kan in het belang van een goede verdeling van de beschikbare parkeerruimte onder beperkingen worden ver leend. De beperkingen kunnen onder andere betreffen de parkeerplaats en/of de dagen en uren waarvoor de vergunning geldt. 4Aan een vergunning kunnen in het belang van een goede verdeling van de beschikbare parkeerruimte voorschriften worden verbonden. 5. De vergunning bevat de naam van de vergunninghouder, het kenteken of een ander kenmerk van het motorvoertuig, de periode waarvoor de vergunning geldt alsmede de eventueel daaraan verbonden beperkingen en voorschriften. Artikel 6 beslissing weigering Een besluit tot het niet-verlenen van een vergunning is met redenen omkleed. Artikel 7 intrekking/wijziging 1. Burgemeester en wethouders kunnen een vergunning intrekken of wijzigen: a. op verzoek van de vergunninghouder; b. wanneer de vergunninghouder het gebied, waarvoor de vergunning is verleend, metterwoon verlaat of het daar uitgeoefende beroep of bedrijf beëindigt; c. wanneer er zich een wijziging voordoet in een van de omstandigheden die relevant waren voor het verlenen van de vergunning; d. wanneer voor het betreffende gebied het stelsel van vergunningen komt te vervallen; e. wanneer de vergunninghouder handelt in strijd met de aan de vergunning verbonden voorschriften; f. wanneer blijkt dat bij de aanvraag van de vergunning onjuiste gegevens zijn verstrekt; g. wanneer het gemeentelijk beleid inzake parkeerregulering daartoe noodzaakt; h. om redenen van algemeen belang. 2. Een besluit tot het intrekken of wijzigen van een vergunning is met redenen omkleed. De betrokkene wordt van het intrekken of wijzigen van de vergunning schriftelijk in kennis gesteld. Artikel 8 verbodsbepalingen 1. Het is verboden om enig voorwerp, niet zijnde een motorvoer tuig te plaatsen of te laten staan: a.op een parkeerapparatuurplaats b.op een belanghebbendenplaats.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 958