- 3 -
RAADSVOORSTEL vervolg 258
In eerste instantie werd voor 1994 vanuit de projecten, met uitzondering
van intensivering vergunningen op de reserve /stelpost G.M.P. een beroep
gedaan ter grootte van 1,1 miljoen. Tezamen met de preprioriteiten, voor
het merendeel afkomstig uit de begroting van 1991 ten bedrage van
851.000,-- leidde dat tot een tekort van ruim 6 ton. Met dit tekort als
vertrekpunt zijn de projecten aan een kritische heroverweging onderworpen.
Daarbij is het volgende overwogen:
1. De reserve/stelpost G.M.P. is primair bedoeld voor de taken die de
gemeente ingevolge het rijksbeleid (N.M.P.+) moet uitvoeren. Dit omvat
verplichte uitvoering van basistaken - met name in de sfeer van de vergun
ningverlening en handhaving - en overige taken, zoals externe integratie in
Ruimtelijke Ordenings- en Natuurbeleid.
2. Met uitzondering van de basistaken sub 1, en de preprioriteiten moeten
er uit de G.M.P-middelen in beginsel geen structurele activiteiten worden
ondersteund. Voor zover de bestemming van de reserve/stelpost niet vooraf
is bepaald, moet de bedoeling van de vrij beschikbare middelen zijn
milieuzorg te bevorderen door nieuwe gedachten en planvorming, het stimule
ren van milieu-conform gedrag en het effectueren van veranderingen door
innovaties en dergelijke. G.M.P-projecten met dat doel hebben een eenmalig
karakter. Is het project tot resultaat gebracht en milieuzorg een onderdeel
geworden van de betreffende structurele activiteit, dan moet dekking verder
uit de reguliere middelen worden gevonden.
3. Bij de keuze voor de verdeling van middelen tussen de projecten hebben
we ons verder laten leiden door:
- voortgang binnen het project;
- vooruitzichten op het te behalen resultaat;
- uitstralingseffecten;
- bijdrage van derden.
Resultaat van de verdeling is dat voor diverse geplande activiteiten in
1994 niet voldoende of geen geld wordt gereserveerd. Vooralsnog worden de
betreffende projecten in hun volle omvang wel in het programma gehandhaafd.
In de komende maanden zal door de diverse betrokkenen worden nagegaan in
hoeverre aan de projectdoelen uitvoering kan worden gegeven zonder dat daar
vooralsnog G.M.P-middelen tegenover staan.
In het voorjaar 1994 zal aan de hand van de evaluatie van de uitvoeringsre
sultaten over 1993 een nadere prioriteitsstelling en zonodig een herverde
ling van de middelen plaatsvinden. In de evaluatie zal bijzondere aandacht
geschonken worden aan externe integratie. In hoeverre gemeentelijke
diensten daadwerkelijk uitvoering geven aan het milieubeleid zal inzichte
lijk gemaakt worden.
Een van de twee belangrijke taken, die voortvloeien uit het N.M.P. is
externe integratie. Externe integratie slaagt alleen als andere diensten en
doelgroepen tijd en of geld in milieu investeren (niet alleen met de mond
belijden)Dit heeft in het uitvoeringsprogramma ertoe geleid dat met name
in de cluster "milieuzorg projecten" een investering van doelgroepen
gevraagd wordt. Ook aan gemeentelijke diensten wordt dat gevraagd, bijvoor
beeld ten aanzien van het project "bedrijfsinterne milieuzorg" (BIM)
Ook in andere clusters wordt een beroep gedaan op reguliere middelen van
andere diensten, bijvoorbeeld bij Wijkmilieuzorg.