RAADSVOORSTEL vervolg 131
gemeenten in het kader van de onroerende-zaakbelastingen vastgestelde
waarden. De gemeenten zijn verplicht de waardegegevens te verstrekken
aan de waterschappen tegen een redelijke vergoeding. Omtrent deze
vergoeding kan de Minister van Financiën regels stellen bij KB.
Aangezien de objectafbakening en waardevaststelling voor de OZB en
waterschapsomslagen niet geheel gelijk zijn dienen waterschappen en
gemeenten nadere afspraken te maken omtrent (her)waardering, verstrek
king van gegevens en vergoeding. Tussen de gemeente Breda en de
Centrale Waterschaps Administratie Westelijk Noord-Brabant vinden
hieromtrent momenteel reeds besprekingen plaats.
Vermoedelijk zal op 1 januari 1997 de Wet Waardering Onroerende Zaken
(Wet WOZ) volledig in werking zijn getreden. In de Wet WOZ wordt
bepaald dat de gemeenten zijn belast met de waardevaststelling van
onroerende zaken binnen hun grondgebied ten behoeve van de heffing van
belastingen door het Rijk, de gemeenten en de waterschappen. De in
artikel 273 van de gemeentewet opgenomen objectafbakenings- en waarde-
ringsvoorschriften zijn hierbij van toepassing. In de Wet WOZ worden
nadere waarderingsvoorschriften gegeven. In dit kader is reeds een
Waarderingskarnet bij AMvB ingesteld, belast met het opstellen van
waarderingsinstructies en opleidingseisen taxateurs, controle op
uitvoering, voorbereiding wetgeving enz.. Bij de herwaardering in
Breda dient met nu reeds bekende richtlijnen/instructies rekening te
worden gehouden, zeker nu de nieuwe heffingsgrondslag van toepassing
zal zijn nadat de Wet WOZ in werking is getreden. Indien door de
gemeente aan waterschappen en Rijk gegevens beschikbaar worden ge
steld, geschiedt dit tegen een bij of krachtens de wet vastgestelde
vergoeding (waarschijnlijk 30% elk van de jaarlasten).
Naar verwachting treedt op 1 januari 1994 de Wet Herziening Materiële
belastingbepalingen gemeentewet in werking, waarbij een aantal wijzi
gingen zal optreden in de waarderingsvoorschriften. Ook hiermee zal
rekening moeten worden gehouden bij het project herwaardering.
AANPAK PROJECT HFPWAARDERING.
Ir. september 1992 is opdracht gegeven aan Kafi Advies om te onderzoeken op
welke wijze in het kader van de hiervoor geschetste wettelijke ontwikkelin
gen de periodieke herwaardering zou moeten plaatsvinden. Uit het rapport
"Waardebepaling in Breda: op weg naar kwaliteit" waarvan een samenvat
ting aan de leden van de commissie F&G is overgelegd, blijkt dat de in het
taxatiebestand aanwezige gegevens niet volledig zijn en dat de kwaliteit
van de wel aanwezige gegevens te wensen over laat. Voor een kwalitatief
goede herwaardering, welke voldoet aan de wettelijke eisen, dient een
volledige inventarisatie van objectkenmerken en een algehele herwaardering
plaats te vinden. De bij voorgaande herwaarderingen gevolgde methode om
beurtelings de vastgestelde waarden van woningen en bijzondere gebouwen te
indexeren, kan niet meer worden toegepast.
Aangezien de benodigde taxatiecapaciteit niet binnen de gemeentelijke
organisatie aanwezig is, dient opdracht te worden gegeven aan een op dit
vakgebied gespecialiseerd taxatiebureau om met inachtneming van wettelijke
eisen en ontwikkelingen de vereiste waarderingswerkzaamheden te verrichten.
In dit kader zijn door drie landelijk werkzame, gekwalificeerde taxatiebu-
reau's offertes uitgebracht Op basis van een prijs/kwaliteitvergelij
king dient te worden gekozen voor "Konig o.g.b. projectmanagement B.V.",
dochter van Heidemij Advies B.V.. Inventarisatie en waardering, planning
project, er. kwaliteitscontrole, en tenslotte opleveringsgaranties voldoen
aan de gestelde eisen en uitgangspunten. Uit de offertes is gebleken dat de
werkzaamheden in juni/juli 1993 dienen aan te vangen om tijdig de nieuwe
heffingsgrondslagen te hebben voor het belastingjaar 1995 en om tijdig de
tarieven voor dat belastingjaar te kunnen bepalen. Dit noodzaakt om reeds
- 2 -