gewijzigd exemplaar
11 Raadsvoorstel vervolg/ 1 64
De extra gemeentelijke bijdrage dient zo na een aanloopperiode in
beginsel deels weer terug te vloeien in de gemeentekas. De financiële
taakstelling voor de directie is in dat licht als opdracht alleszins
verdedigbaar
6.4 Dekking extra exploitatievolume
Dekking voor extra exploitatievolume kan worden gevonden door voor
1994 eenmalig aan de reserves en voorzieningen 2,25% rente bij te
schrijven in plaats van het vastgestelde renteomslagpercentage van
8,1%. Hierdoor komt per 31 december 1994 een bedrag vrij ter grootte
van 13,7 miljoen.
Ingaande 1995 kan de jaarlijkse rente hierover ad 980.000 worden
aangewend ter dekking van het nog resterende tekort.
Na enkele jaren zal door de aan de directie opgelegde taaksteling het
resterende tekort afnemen tot 230.000. De met de daling van het
tekort gemoeide middelen kunnen terugvloeien naar de reserves.
6.5 Additionele investeringen
Additionele investeringen t.b.v. inrichting horecaruimte en keuken,
inrichting en stoffering van foyers, kantoren, kleedkamers en aanvul
lingen op programma van eisen zijn in het bedrijfsplan opgenomen voor
in totaal 2,7 miljoen. Voorgesteld wordt taakstellend dit bedrag bij
te stellen tot 2,0 miljoen. De financiële dekking hiervoor zal
worden behaald uit de resultaten van de voorgestelde bezuiniging op
het bouwkrediet, uit de inzet van een hogere opbrengst te verkrijgen
uit de verkoop van de Kloosterkazerne en eventueel uit een toewijzing
uit het investeringsvolume bedrijfsmiddelen 1995.
6.6 Voorziening voor het groot onderhoud
Het is in de gemeente gebruikelijk om voor groot onderhoud ruimte te
creëren via de jaarlijkse vaststelling van het investeringsplan.
Daarbij vindt gemeentebreed een afweging plaats van de verschillende
prioriteiten.
Gelet op de adviezen van Berenschot en TG, die wijzen op het belang
van de beschikbaarheid voor het theaterbedrijf van voldoende middelen
voor dit doel, en gezien het sterk bedrijfsmatig en commerciële
karakter dat inherent zal moeten zijn aan de exploitatie van het
nieuwe theatercomplex, menen wij er verstandig aan te doen om reeds nu
duidelijkheid te verschaffen omtrent het budget dat hiervoor jaarlijks
ter beschikking kan worden gesteld.
Afgeleid van de normering in de audit van Berenschot is een grooton-
derhoudsvolume van jaarlijks 265.000 nodig.
Voorgesteld wordt daarvoor nu een regeling te treffen.