- 4 - RAADSVOORSTEL vervolg 17 Daarnaast is tijdens de actie Denk Aan Je Tank gebleken dat een 5-tal tanks binnenin zijn verontreinigd (te noemen: interne verontreinigingen) doordat in het verleden onwetende burgers deze tanks hebben gevuld met zand, puin of andere materialen zonder deze eerst goed schoongemaakt te hebben. Voor beide soorten verontreinigingen is een aanpak van overheidswege nood zakelijk. 2.1. Externe verontreinigingen. Het rijk huldigt de opvatting dat de kosten van sanering van bodemveront reinigingen bij oude olietanks ten laste van de tankeigenaren dienen te komen. Zij is verder van mening dat in principe kostenverhaal op de eige naar mogelijk is. De provincie neemt het standpunt in dat de verontreinigingen ieder afzon derlijk als IBS (Interimwet Bodemsanering)- locatie moeten worden aangemeld. Dit betekent dat de sanering beperkt zal blijven tot de "ernstig gevaar" gevallen. De sanering van een aantal minder ernstige verontreinigingen (A<C-waarde) blijft daardoor achterwege. Een aanpak van overheidswege ont breekt hiervoor. Daarbij komt dat de wel in IBS-verband geaccepteerde verontreinigingsgeval- len weinig prioriteit genieten vanwege de beperkte financiële middelen en het dikwijls verontreinigingen betreft die uit volksgezondheids- en milieu oogpunt ten opzichte van andere gevallen laag scoren. Een ander nadeel betreft dat de IBS-aanpak ertoe leidt dat de gemeente het grootste gedeelte van de onderzoeks- en saneringskosten (bij invulling van het drempelbedrag per geval ad 100.000,--) zal moeten dragen. De daadwerkelijke sanering dreigt daarmee niet (minder ernstige verontrei nigingen) of te traag ("ernstig gevaar" gevallen) te geschieden. Er lijkt dus, mede gezien de opstelling van het rijk en de provincie, niets anders op te zitten dan dat de gemeente Breda zelf de verontreinigingen gaat aanpakken, want: - de verontreinigingen dateren van vóór de actie Denk Aan Je Tank. Er was geen sprake van algemene bekendheid bij particuliere tankeigenaren omtrent de risico's van bodemverontreiniging bij olietanks. Ook specifieke regel geving (Tankverordening Breda per 1-6-1989 in werking getreden) ontbrak. De tankeigenaren treft inzake de verontreinigingen geen verwijt; - de particuliere tankeigenaren verkeren in grote onzekerheid omtrent wat hen aan financiële risico's boven het hoofd hangt. Er treedt waardever mindering van hun bezit op; - de aantasting van de grond en het grondwater blijft doorgaan. De omvang van de verontreinigingen is onbekend en kunnen zich naar de (woon)omgeving verspreiden. Een exact inzicht in de gevaren voor het milieu en de volksge zondheid ontbreekt; - de eigenaren lopen bij verdere verspreiding de kans door derden aanspra kelijk te worden gesteld. Dit risico is niet door verzekering gedekt;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 102