3 Raadsvoorstel vervolg/
Toekomstige financiering
In 1995 zijn de eerste banenpoolwerknemers vier jaar in dienst. Dit
houdt in dat voor hen de loonkostensubsidie op grond van de wet
Vermeend/Moor vervalt. Vanaf het begrotingsjaar 1995 leidt dit tot een
aanzienlijke kostenstijging. In een bijlage bij de begroting 1995
wordt inzicht gegeven in deze kosten: van 169.260,-- in 1995 oplo
pend tot 1.085.280,-- in 1998. De positieve exploitatiesaldi van
Werkraat (totaal 2.194.813,--) zijn in het verleden gereserveerd in
de Bestemmingsreserve werkgelegenheid om o.a. deze kostenstijging op
te vangen.
Een zeer bedreigende ontwikkeling die zich zowel landelijk als locaal
aftekent heeft betrekking op de toekomstige financiering van de
banenpool. Het Centraal Bestuur voor de Arbeidsvoorziening (CBA)
probeert in zijn concept-Landelijk Meerjaren Beleidskader 1995-2000
(LMBK) de discussie over de verantwoordelijkheid van arbeidsvoorzie
ning voor langdurig werklozen richting te geven. Wij zijn van mening
dat het een goede zaak is als meer duidelijkheid wordt verschaft over
de inspanningen die arbeidsvoorziening verricht voor verschillende
groepen werklozen. In het kader van een nauwere samenwerking tussen
het RBA Breda en de gemeente Breda zal deze vraag zich ook locaal
voordoen. De discussie dreigt echter te ontaarden in een schifting van
groepen werkzoekenden, waarbij het arbeidsbureau zich richt op werklo
zen die snel tot redelijk snel op vacatures zijn te bemiddelen en de
gemeenten de verantwoordelijkheid krijgen voor de (zeer omvangrijke)
groep werklozen die een grote afstand tot de arbeidsmarkt heeft.
Zolang gemeenten niet over adequate voorzieningen en financiële midde
len beschikken om deze verantwoordelijkheid waar te maken, nemen wij
onomwonden afstand van zo'n bestandsindeling.
Het CBA vraagt zich in het LMBK - in het kader van deze discussie -
reeds hardop af of arbeidsvoorziening nog wel een financiële bijdrage
moet blijven leveren aan de banenpool. Het CBA laat zich bij die
gedachte inspireren door de regionale besturen (RBA's). Op dit moment
ontvangt elke banenpoolorganisatie jaarlijks 3.500,-- per banenpool
werknemer (voor Breda gaat het dus om 756.000,--). Het CBA adviseert
de RBA's om in 1995 nieuwe plaatsingen op vrijgekomen banenpoolplaat
sen niet langer te financieren en in 1996 de financiële bijdrage
helemaal te beëindigen. Hoewel de landelijke discussie rond het LMBK
nog moet worden afgerond (de VNG heeft reeds krachtig geprotesteerd
bij de leden van de Tweede Kamer)zullen wij in contacten met het RBA
Breda en via de overheidsgeleding in het RBA-bestuur krachtig stelling
nemen tegen het eenzijdig afschuiven van verantwoordelijkheid voor
deze kwetsbare groep naar gemeenten.