AANTAL JONGEREN. Er zullen 15 jongeren tegelijkertijd in het projekt plaatsbaar zijn. Wie er beslist, wie er wel en wie er niet deelnemen aan het projekt zal nog worden afgesproken in een samenwerkingsovereenkomst tussen Werkraat en Vertizontaal. De huidige omvang en capaciteit van het projekt is gebaseerd op ervaringsgegevens van de uitvoering van de J.W.G. de afgelopen jaren. Indien onverhoopt mocht blijken dat de capaciteit onvoldoende is om deze doelgroep tijdig en adequaat op te nemen zal tussen opdrachtgever (directie Arbeidsmarktbeleid) en uitvoerder (Vertizontaal) tussentijds nader overleg volgen, teneinde een praktische oplossing te vinden. FLEXIBELE INSTROOM. De drie maanden zullen waarschijnlijk niet door iedereen worden volgemaakt, waardoor er verschillende instroommomenten ontstaan voor nieuwe deelnemers. Hierdoor wordt groepsvorming voorkomen, zodat er minder problemen zullen ontstaan. Ook bij R.W.S, Levensschool en Basisedukatie zullen flexibele instroommomenten moeten komen, zodat jongeren kennis kunnen maken met de instelling, waar ze later mee te maken zullen krijgen. Er zal gebruik gemaakt moeten worden van de ruimte bij deze instellingen voor één of meerdere dagdelen per week, zodat de jongere kan wennen aan een eventueel toekomstige situatie. Er moet kunnen worden meegedraaid in proeflessen, en individuele mogelijkheden zullen moeten worden bekeken. Vanuit de gemeente kunnen als subsidiegever voorwaarden worden gesteld aan de produkten die R.W.S. en Basisedukatie leveren. Het blijft de verantwoordelijkheid van Werkraat t.a.v. vervolgaktiviteiten die moeten worden ondernomen om de jongeren (alsnog) plaatsbaar te maken. TIJDSDUUR. De wet schrijft t.a.v. de duur van de voorbereidingsovereenkomst geen maximale tijdsduur voor, maar spreekt over een "bepaalde" periode. Onze norm blijft, dat er na drie maanden een definitieve keuze gemaakt moet worden t.a.v. de vervolgaktiviteiten die moeten worden ondernomen om de jongeren (alsnog) plaatsbaar te maken. Arbeidsrijpheid en leerrijpheid moeten niet als norm worden gehanteerd. Verschillende keuzes kunnen zijn die Werkraat kan maken zijn: 1. Bij een positieve ontwikkeling van de deelnemer, kan de periode verlengd worden. 2. Doorstroming naar voortrajekten van Werkraat, zoals R.W.S., Levens school, Basisedukatie e.d. 3. Plaatsing op een beschermde werkplek. 4. Opleiding gaan volgen. 5. Indiceren als onbemiddelbaar, in die zin dat plaatsing op een J.W.G.-baan rederlijkerwijs niet te verwachten is. Werkraat neemt contact op met de Sociale Dienst. 5

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1119