2.1 Indien de melding incompleet is en niet in behandeling wordt genomen, omdat de melder, na daartoe in de gelegenheid te zijn gesteld, de melding niet completeert bedragen de leges 10 van het tarief als genoemd onder 1.0, met een maximum van 200,-. 2.2 Indien de melder zijn incomplete melding heeft aangevuld en die melding ver in behandeling wordt genomen worden de onder 2.0 bedoelde leges verhoogd met 5% van het tarief als genoemd onder 1.0, met een maxi mum van 100,—. 2.3 Indien geen toestemming kan worden verleend bedragen de leges, in afwijking van het gestelde onder 2.0, 20% van het tarief als genoemd onder 1.0, met een maximum van 400,—. 2.4 De onder 2.0 bedoelde leges worden verhoogd met 100% in het geval er een procedure moet worden gevoerd voor het verlenen van vrijstelling als bedoeld in artikel 18a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, met een maximum van 600,—. 3. Schetsplan 3.0 De leges terzake het in behandeling nemen van een aanvraag om een beoordeling van een schetsplan bedragen 30% van het tarief als genoemd onder 1.0, met een maximum van 3000,-. Lid 1.1 is van overeenkom stige toepassing. 3.1 In afwijking van het gestelde onder 3.0 bedragen de leges voor het in - behandeling nemen van een aanvraag om een beoordeling van een schet splan indien deze behandeling leidt tot een negatief advies in verband met strijd met het bestemmingsplan of de bouwverordening: 10% van het tarief als genoemd onder 1.0, met een minimum van 40,— en een maximum van 300,—. 7 Indien de melding incompleet geschiedt dient betrokkene in de gelegenheid te worden gesteld zijn melding aan te vullen. Maakt hij daarvan geen gebruik of completeert hij zijn melding onvoldoende, dan bepaalt de Algemene wet bestuursrecht dat kan worden besloten de aanvraag niet in behandeling te nemen. Indien een incomplete aanvraag wordt ingediend dan moet de aanvrager in de gelegenheid worden gesteld zijn aanvraag te completeren. Dit brengt extra werk met zich. Deze extra werkzaamheden worden afzonderlijk in rekening gebracht. De toestemming wordt geweigerd indien het bouwplan in strijd is met het bestemmingsplan of niet voldoet aan redelijke eisen van welstand. Indien er strijd is met de voorschriften van een bestem mingsplan kan op grond van artikel 18a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening vrijstelling worden verleend van de bestemmingsplan voorschriften. Indien een schetsplan al niet voldoet aan de stedebouw- kundige voorschriften hoeft het plan niet te worden voorgelegd aan de commissie Welstand, Architectuur en Monumenten en wordt het plan ook niet getoetst aan het Bouwbesluit.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1167