5.3 In afwijking van het bepaalde onder 1.0 wordt voor de toepassing van de leden 5.0 tot en met 5.2 onder bouwkosten slechts verstaan de bouwkos ten welke betrekking hebben op de wijziging van dat gedeelte van het bouwwerk dat als monument is aangewezen. Lid 1.1 is van overeenkom stige toepassing. 5.4 De leges ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het wijzigen van een monument als bedoeld in de Monu mentenwet 1988 worden verhoogd met 200,— indien het een rijksmonu ment betreft. 6. Aanlegvergunning 6.0 De leges bedragen ter zake van het in behandeling nemen van een aan vraag om een aanlegvergunning als bedoeld in de Wet op de Ruimtelijke Ordening 30% van de op grond van het tarief als genoemd onder 1.0, met een maximum van 1200,-, met dien verstande dat "bouwkosten" wordt vervangen door "aanlegkosten". 6.1 In afwijking van het bepaalde onder 6.0 bedragen de leges ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanlegvergunning indien de aanvraag niet in behandeling wordt genomen 10% van het tarief als genoemd onder 1.0, met een maximum van 200,—. 6.2 In afwijking van het bepaalde onder 6.0 bedragen de leges ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanlegvergunning indien de aanvraag wordt geweigerd 20% van het tarief als genoemd onder 1.0, met een maximum van 400,—. Bij rijksmonumenten moet als regel advies worden ingewonnen bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg alvorens op de aanvraag om een vergunning kan worden beslist. 10

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1170