Hoofdpunten van het advies De initiatiefnemer, de gemeente Breda, is voornemens een nieuw stadion met de daarbij behorende bijvelden en voorzieningen op te richten met een capaciteit van ruim 14.000 toeschouwers op de locatie Steenakker- Zuid (Lunetstraat). De Commissie voor de milieu-effectrapportage meent dat In het MER voor dit project in het bijzonder de volgende punten aandacht behoeven: het integreren van milieudoelstellingen in de planvorming, zowel ten aanzien van het stadion zelf als het daartoe te wijzigen bestemmings plan. Dankzij de situering aan een van de hoofdtoegangswegen (de 'entree') tot Breda en dankzij de aard van de voorgenomen activiteit biedt (de locatie van) het geplande stadion kansen om een visueel- ruimtelijk herkenningspunt in de stedebouwkundige structuur van Breda tot ontwikkeling te brengen. De Commissie meent dan ook dat het voornemen zich goed leent voor een symboolfunctie van het gemeentelijk milieu-beleid: In de planvorming en -uitvoering van het project dienen daartoe uitgangspunten van "duurzaam bouwen", efficiënt gebruik van water, energie en ruimte, terugdringing van (auto)mobiliteit e.d. te worden betrokken. Gelet op de aard van de voorgenomen activiteit en de daarbij optre dende milieu-effecten acht de Commissie het wenselijk in het MER de aandacht daarnaast te richten op de samenhang tussen de voorgeno men activiteit en de mogelijke maatregelen ter beperking van overlast door verkeer. Aandachtspunten zijn onder meer beperking van par keergelegenheid in relatie tot aanvullende verkeers- en vervoersmaat- regelen. In dit licht wordt gevraagd varianten uit te werken waarbij de omvang van de parkeervoorzieningen wordt geminimaliseerd (een zgn. P-minus alternatief) of waarbij in het plangebied een 'transferi um' wordt gesitueerd: het treffen van maatregelen om overlast aan de omgeving (geluidhin der, lichthinder, parkeeroverlast en zwerfvuil) te verminderen. -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1360