de richtlijn, aan deze voorschriften te voldoen. Voor werkplekken die op dat moment reeds in gebruik zijn geeft artikel 10 van dit besluit een over gangsregeling. In de bijlage wordt vooraf opgemerkt dat de daarin vervatte verplichtingen ter verwezenlijking van de doelstellingen van de richtlijn van toepassing zijn, voorzover de betrokken onderdelen op de werkplek voorhanden zijn en de intrinsieke eisen of kenmerken van de taak dit niet beletten. Met deze opmerking vooraf wordt niet, zoals de Arboraad terecht aanneemt, beoogd afbreuk te doen aan de gelding van de voorschriften van deze bijlage, maar wordt beoogd aan te geven dat een voorschrift gelding mist indien het een onderdeel van de werkplek betreft dat niet noodzake lijk functioneel voor het beeldschermwerk aanwezig is. De Raad van de Europese Gemeenschappen laat ten aanzien van de bijlage de mogelijkheid open, conform de (vereenvoudigde) procedure van artikel 17 van de kaderrichtlijn, om deze bijlage in verband met technische voor uitgang aan te passen. Om te voorkomen dat telkens als gevolg van een relatief eenvoudige aanpassing van de bijlage dit besluit moet worden ge wijzigd, wordt in dit artikel, naast een verwijzing naar de huidige tekst van de bijlage, tevens verwezen naar eventuele toekomstige wijzigingen. Im mers, anders dan de Arboraad stelt, betekent een wijziging van de bijlage niet dat deze niet meer behoort bij de richtlijn zoals deze in artikel 1, onder d, van het besluit is gedefinieerd. Van toekomstige wijzigingen in de bijla ge zal in de Staatscourant mededeling worden gedaan. Het lijkt voor de kenbaarheid van de bijlage niet noodzakelijk dat deze, zoals de Arboraad suggereert, formeel bij het besluit wordt gevoegd. De bijlage, die op zich zelf voldoende concreet is, is gepubliceerd in het in de Nederlandse taal gestelde publikatieblad van de Europese Gemeenschappen. Aangenomen mag worden dat dit publikatieblad even kenbaar is als het Staatsblad, waarin het besluit gepubliceerd zal worden. Uitgangspunt is dat het ge bruik van de apparatuur op zich voor de werknemers geen bron van risi co's mag vormen. De voorschriften zijn er in het algemeen op gericht dat de arbeid aan een beeldscherm zo comfortabel mogelijk moet worden verricht, en zijn onder te verdelen in voorschriften met betrekking tot de apparatuur, voorschrif ten met betrekking tot de werkomgeving, en voorschriften met betrekking tot de wisselwerking tussen (interface) computer en mens» De bijlage geeft voor de apparatuur de volgende voorschriften. De lees baarheid van de tekens op het scherm moet goed zijn. De tekens moeten daarom voldoende scherp en groot genoeg zijn, en er moet voldoende af stand tussen de tekens en de regels zijn. Het beeld op het scherm mag geen hinderlijke flikkering of andere vormen van onstabiliteit vertonen en het beeldscherm moet vrij zijn van glans en spiegelingen die de gebruiker H 1-36 toel. art.-6 H 1-36 TOELICHTING OP DE ARTIKELEN AW 44/46

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1409