2
Raadsvoorstel vervolg/ 203
- 0,4 plaats te vinden. De prijsontwikkeling voor 1994 werd inge
schat op 2,0 maar bedraagt naar thans wordt aangenomen slechts
1,9 hetgeen een correctie van - 0,1 tot gevolg heeft.
Het vorenstaande betekent dat de belastingtarieven voor 1995 in
principe met 1 dienen te worden verhoogd (1,5 - 0,4 - 0,1
Bij de aanpassing van het rioolrecht en de legestarieven is tevens
rekening gehouden met het door uw raad gehanteerde uitgangspunt van
kostendekkendheid alsmede met de wettelijke bepaling dat de geraamde
opbrengst niet mag uitgaan boven de terzake geraamde gemeentelijke
lasten.
Wiiziainq/vaststellina belastinaverordeninqen
Op 1 januari 1995 treden de Wet materiële belastingbepalingen en de
Invoeringswet materiële belastingbepalingen in werking. Bij deze
wetten worden de artikelen 216 tot en met 229 van de Gemeentewet,
waarin is geregeld welke belastingen gemeenten kunnen heffen en aan
welke eisen die belastingen moeten voldoen, gewijzigd. Deze wijzigin
gen hebben belangrijke gevolgen voor de gemeenten op het gebied van de
belastingheffing. In de verordeningen hebben wij de wijzigingen ver
werkt en voor zover daartoe aanleiding bestond nader toegelicht.
In dit raadsvoorstel wordt een wijziging c.q. vaststelling van de
verordeningen met betrekking tot de volgende heffingen voorgesteld:
1. Rioolrecht;
2. Hondenbelasting;
3. Precariobelasting;
4. Leges.
De wijziging c.q. vaststelling van de verordeningen afvalstoffenhef
fing en onroerende-zaakbelastingen zullen wij separaat aan uw raad
voorleggen. In verband met de verplichte hertaxatie van de waarde in
het economische verkeer van de onroerende zaken, zal het tariefvoor-
stel voor de onroerende-zaakbelastingen op een later tijdstip dan
gebruikelijk aan uw raad worden voorgelegd. Voor de aanslagen 1995 zal
worden uitgegaan van de waardepeildatum 1 januari 1994. Vanwege een
stijging van de totale economische waarde van de onroerende zaken
zullen de tarieven voor de onroerende-zaakbelastingen zodanig worden
verlaagd, dat daarmede de in de concept-begroting 1995 vermelde op
brengst wordt gerealiseerd.
Ten aanzien van het marktgeld wordt voor 1995 geen tariefsverhoging
voorgesteld daar dit tarief na drie achtereenvolgende jaren extra te
zijn verhoogd thans kostendekkend is.
Ad 1. Rioolrecht
Ingevolge de "verordening rioolrecht Breda 1993" wordt een rioolrecht
geheven naar het aantal kubieke meters afvalwater dat vanuit een pand
wordt afgevoerd op de riolering van de gemeente. De hoeveelheid afval
water wordt gesteld op het aantal kubieke meters water dat naar het
pand is toegevoerd of opgepompt. Voor zover deze hoeveelheid water