Raadsvoorstel vervolg/ 203
Bij een verhoging van 1 bedragen de tarieven voor het belastingjaar
1995, afgerond op een door vier deelbaar bedrag, respectievelijk
135,20, 222,20 en 891,40.
Bij de toepassing van de voorgestelde tarieven kan een netto-opbrengst
van 1.339.000,worden geraamd, te weten:
8.850 honden a 135,20 1.196.520,
650 honden a 222,20 144.430,
18 kennels a 891,40 16.045,20
Subtotaal 1.356.995,20
Minus kwijtscheldingen en ontheffingen 1799520
Geraamde netto-opbrengst voor 1995 1.339.000,
In artikel 2 van de "Verordening hondenbelasting Breda 1994" is aange
geven wie belastingplichtig is voor deze belasting. De omschrijving
van deze belastingplicht in dit artikel hebben wij aan de nieuwe
modelverordening aangepast. In artikel 10 van de verordening hondenbe
lasting is onder andere bepaald, dat ter zake van honden die uitslui
tend dienen om blinde personen te geleiden of gehandicapten personen
bij te staan geen hondenbelasting verschuldigd is. Alvorens deze
honden ter beschikking kunnen worden gesteld aan blinden of gehandi
capte personen, dienen deze eerst te worden opgeleid. Het opleiden van
blindegeleidehonden geschiedt door de Stichting Koninklijk Nederlands
Geleidehonden Fonds te Amstelveen terwijl de zogeheten sociale honden
worden opgeleid door de Stichting SOHO (sociale honden voor gehandi
capten) te Herpen. De opleiding van dergelijke honden duurt ruim
anderhalf jaar. Van deze periode verblijven de jonge honden het eerste
jaar bij gastgezinnen die de opvoeding en socialisatie van de pups,
onder begeleiding van een trainer van de betreffende stichting, op
vrijwillige basis op zich nemen. Op dit moment verblijven 2 aspirant
geleidehonden en 1 aspirant-sohohond bij gastgezinnen in de gemeente
Breda. Gelet op het doel waarvoor deze jonge honden worden gehouden,
achten wij het gerechtvaardigd om ook ter zake van het houden van deze
honden geen hondenbelasting te heffen. In artikel 10, lid 4 is daartoe
een vrijstelling opgenomen.
Per 1 april 1994 is de gemeentelijke politie en het korps rijkspolitie
opgegaan in één Nederlandse politie. In verband hiermede hebben wij de
redactie van de vrijstellingsbepaling voor wat betreft het gebruik van
honden door politie-ambtenaren bij de uitoefening van hun dienst
gewijzigd.
Ad 3. Precariobelastinq
Uit een oogpunt van wetsystematiek is in de Wet materiële belastingbe
palingen ervoor gekozen om de heffing voor het hebben van voorwerpen
onder, op of boven de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond
in het nieuwe artikel 228 van de Gemeentewet "precariobelasting" te
noemen. De bepaling in dit nieuwe artikel komt overeen met die van het
huidige precariorecht. De vigerende verordening is een gecombineerde
verordening op grond waarvan een precariorecht dan wel een retributie