18 Raadsbesluit vervolg/ 203 1.8 De leges bedragen terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een wijziging van een bestemmings plan als bedoeld in artikel 10 van de Wet op de Ruimte lijke Ordening: 50% van het tarief als genoemd onder 1.0, met een minimum van 1000,en een maximum van 100.000,--. 1.9 De leges bedragen terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een vrijstelling als bedoeld in artikel 15 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening of een vrijstelling als bedoeld in hoofdstuk 2, paragraaf 5, van de Bouwverordening 1993: 150, 1.10 Indien in geval van een incomplete aanvraag om een bouw vergunning de aanvrager in de gelegenheid wordt gesteld zijn incomplete aanvraag te completeren, worden de op grond van 1.0 verschuldigde leges met 10% verhoogd, met een minimum van 40,en een maximum van 200, 1.11 De onder 1.0 bedoelde leges worden verhoogd met 200, voor het op grond van een wettelijk voorschrift ter visie leggen en publiceren van de bouwaanvraag. De lid is van overeenkomstige toepassing op vrijstellingen als bedoeld onder 1.5 1.12 Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een vergunning moet worden verleend met toepas sing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Orde ning, al dan niet in combinatie met artikel 50, lid 5 van de Woningwet, wordt het overeenkomstig het bepaalde onder 1.6 of 1.7 berekende bedrag verhoogd met het bedrag aan leges ingevolge de provinciale legesverorde ning zoals dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als dag van in behandeling nemen de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges ingevolge de provinciale legesverordening, aan de aanvrager ter kennis is gebracht. 1.13 De leges bedragen ter zake van het in behandeling nemen van een verzoek om vrijstelling van het geldende bestem mingsplan, waarbij geen sprake is van bouwen of aanleg gen en welke vrijstelling slechts kan worden verleend met toepassing van artikel 19 van de Wet op de Ruimte lijke Ordening: 1500,vermeerderd het bedrag aan leges ingevolge de provinciale legesverordening zoals dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1467