4 Raadsbesluit vervolg/ 228 5. de voorzitter, vice-voorzitter of secretaris die ophoudt lid te zijn van de adviesraad, houdt op het betreffende tijdstip tevens op voorzitter, vice-voorzit ter of secretaris van de adviesraad te zijn. tussentijds gevraagd ontslag 6. Een lid kan te allen tijde ontslag vragen. Het lid, aan wie op diens verzoek tussentijds ontslag wordt verleend, blijft deel uitmaken van de adviesraad totdat het opvolgend lid de benoeming heeft aanvaard. tussentijds onge vraagd ontslag 7. De gemeenteraad kan, de adviesraad gehoord, te allen tijde uit eigener beweging met onmiddellijke ingang aan een lid ongevraagd ontslag verlenen. 8. Voor de benoeming van een lid in een tussentijds opengevallen plaats is de in artikel 3 vastgelegde procedure van overeenkomstige toepassing. einde lidmaat schap 9. Het lidmaatschap van de adviesraad eindigt: a. door beëindiging van de zittingsperiode van de advies raad; b. door overlijden; c. door tussentijds ontslag, als bedoeld in het zesde of zevende lid van dit artikel; d. door het aanvaarden van een onverenigbare functie, als genoemd in artikel 3, zevende lid; e. door het niet langer meer voldoen aan de in artikel 3, tweede lid, genoemde benoembaarheidseisen. 10. Wanneer een lid komt te verkeren in de omstandigheid, dat deze niet langer meer voldoet aan de benoembaarheids- eisen, of een met het lidmaatschap onverenigbare functie heeft aanvaard, geeft dat lid daarvan onverwijld schrif telijk kennis aan: a. de gemeenteraad; b. de adviesraad. adviseurs van de adviesraad Artikel 6. De adviesraad wordt in adviserende zin bijgestaan door: a. de daartoe, afhankelijk van het te behandelen onder werp, door of namens burgemeester en wethouders aangewe zen ambtenaaren b. een daartoe door het bestuur van de Stichting Ouderen werk Breda aangewezen functionaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1645