4.
waarde van de woning:
de waarde van de woning die als grondslag dient ter bere
kening van de onroerende-zaak-belasting.
5. subsidiabele kosten:
de door burgemeester en wethouders vast te stellen kosten
op basis waarvan de bijdrage en/of garantieverlening
wordt bepaald.
6. het verlenen van geldelijke steun:
het besluit van burgemeester en wethouders dat aan de
eigenaar een opschortende voorwaardelijke aanspraak ver
schaft op een bijdrage in de kosten van een voorziening.
7. vaststellen van de geldelijke steun:
het besluit van burgemeester en wethouders, nadat de
voorzieningen zijn getroffen, waarbij de hoogte van het
verleende recht op geldelijke steun wordt vastgesteld.
8. onderhoudsplan:
een door burgemeester en wethouders goedgekeurd overzicht
van onderhoudswerkzaamheden, die gedurende een periode
van 15 jaar nodig worden geacht, om het kwaliteitsniveau
dat met de voorzieningen is of zal worden bereikt, te
handhaven.
3. HOOGTE VAN DE GELDELIJKE STEUN.
1. De geldelijke steun wordt verleend in de vorm van:
1.1 een subsidie op termijn.
Voor bedragen (subsidiabele kosten) hoger dan
10.000,—
1.2 een bijdrage ineens.
Voor bedragen (subsidiabele kosten) lager dan
10.000,en hoger dan 5.000,
2. De subsidie op termijn alB bedoeld in het eerste lid
wordt betaalbaar gesteld aan het einde van het lopende
kwartaal van het jaar gelegen 15 jaren na de vaststelling
van de geldelijke steun, mits is voldaan aan alle voor
waarden en bepalingen als bedoeld in deze verordening.
Pagina: 97