Raadsvoorstel vervolg/ 238 Concreet gaat het daarbij om: 1. voldoende ruimte, nu en in de toekomst, voor woningbouw en bedrij venterreinen; 2. zorg voor mobiliteit en infrastructuur; 3. zorg voor natuur en milieu; 4. voldoende zekerheid voor toekomstige ontwikkelingsmogelijkheden; 5. voldoende planuitvoeringszekerheid. ad 1. Voldoende ruimte voor woningbouw en bedrijventerreinen Ten aanzien van de woningbouwbehoefte en ruimteclaims gaat Breda uit van een andere cq. hogere behoefteraming. Op de korte en middellange termijn kan Breda, gezien de ingeschatte potenties van de nieuwbouw- locaties, vooruit. Op de lange termijn ziet Breda problemen en wordt verwacht dat Breda haar groeitaak als centrale stad niet meer kan vervullen. Maximalisatie van de in het ontwerp-uitwerkingsplan aange geven nieuwe locaties (Breda-N.O., IJpelaar Z.O., Haagse Beemden, Breda-Z.O. en Chassé) en voldoende aanbod van alternatieve locaties rondom de stad om tegenvallers te compenseren, is het beleid dat het college voorstaat. Buiten de aangegeven locaties wordt daarbij door het College nadrukke lijk de locatie Prinsenbeek noord-west als ontwikkelingslocatie naar voren gebracht. De ligging aansluitend op de centrale stad en de aanwezigheid van de NS-voorstadhalte Prinsenbeek vormen belangrijke argumenten daarvoor. Voor wat betreft de bedrijventerreinen wordt, naast de uitbreiding van bedrijventerrein Hoogeind, de economische potenties van de A16 in het ontwerp-uitwerkingsplan onderschreven met een verwijzing naar het Regionaal Ontwikkelings Perspectief. Een bedrijventerrein langs de A16 om de potenties te benutten en het te verwachten tekort aan hoogwaar dige bedrijventerreinen op middellange termijn op te heffen, ziet het college als noodzakelijk. Een optimale benutting van de mogelijkheden voor een dergelijk bedrijventerrein ten noorden van Prinsenbeek en de Haagse Beemden, liggend aan beide zijden van en ontsloten via de A16, zal het college blijven nastreven. ad 2. Zorg voor de mobiliteit en infrastructuur De beleidsuitgangspunten zoals deze zijn aangegeven en uitgewerkt in het ontwerp-uitwerkingsplan worden door het college grotendeels onder steunt. De H.O.V.-verbinding tussen de steden is van cruciaal belang voor het welslagen van het mobiliteitsbeleid. Ten aanzien van de H.S.L. heeft de raad onlangs een duidelijk standpunt ingenomen ten aanzien van het voorkeurs-tracé. MJüi

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1733