Ontwerp: In het ontwerp uitwerkingsplan wordt nader aangegeven wat wordt bedoeld met de voorgestelde bosontwikkeling bij Teteringen. Het gaat hier om het in het uitwerkingsplan landinrichtingsplan Teteringen aangegeven te ontwikkelen bos gebied. Breda is zeker niet tegen de aanleg van zo'n bosgebied. De definitieve lokatie en aard van de boslokatie is afhankelijk van de nadere uitwerking van de wo- ningbouwlokatie Breda NO. In het ontwerp uitwerkingsplan wordt niet nader ingegaan op het door Breda bedoelde stadsgewestbos van 100-200 ha uit het Structuurschema Groene Ruimte en het Bosbeleidsplan dat door middel van publiek-private samenwerking moet worden gerealiseerd. Breda stelt voor om in het uitwerkingsplan streekplan op te nemen dat wordt gestreefd naar de aanleg van een 100-ha-bos in het stadsgewest. De beste mogelijkheden hiervoor liggen naar de mening van Breda bij de lokatie Breda ZO, waar een nieuw bosgebied zowel voor het woonmilieu als voor het landschap een waardevolle bijdrage zou kunnen leveren. Samengevat: - Breda pleit ervoor om het 100-ha-bos uit het Structuurschema Groene Ruimte alsnog in het uitwerkingsplan op te nemen, bij voorkeur gelokaliseerd bij de woningbouwlokatie Breda ZO. Het uitwerkingsplan dient hier op aangepast te worden. 6. Ruimtelijke planvisie voor de toekomst Ontwerp: In het ontwerp uitwerkingsplan stelt de provincie dat het nauwkeuriger aange- Voorontwerp: In het plan wordt nader ingegaan op de stedelijke structuur en de landschappelijke structuur met het oog op ontwikkelingen in de toekomst. Er wordt een aantal assen aangegeven waarlangs actieve ontwikkeling van essentieel belang is voor de samenhang in de stadsregio. Op de kaart wordt tevens een aantal 'aanklikpunten' aangegeven. Er worden landelijke gebieden aangegeven die ook in de toe komst groen moeten blijven en derhalve sturend zijn voor de verstedelijking. Voor toekomstige verstedelijking moet, naast de stedelijke gebieden zelf ruimte gezocht worden in die gebieden die aangeduid zijn als landelijke gebied. Ons College kan zich hierin vinden. Wel zijn de volgende kanttekeningen te plaatsen. De aangege ven assen kunnen wellicht wat nauwkeuriger worden ingetekend. Ook is het ons onduidelijk wat bedoeld wordt met de aangegeven 'aanklikpunten' en waarin de aangegeven punten zich onder scheiden van andere aansluitingen van stadsregionale op landelijke structuren, bijvoorbeeld bij Hoog- eind. Verder is het ongewenst om de gebieden 'samenhang landelijk gebied' in de nabijheid van aangeven woningbouwlokaties zoals tussen de lokatie Breda NO en Teteringen nu al een definitieve begrenzing te geven. Het onderzoek naar de exacte woningbouwlokatie moet immers nog worden opgestart. Tenslotte wordt opgemerkt dat ons College er vanuit gaat dat de verstedelijkingsruimte na de planperiode te vinden is in het zogenaamde landelijke gebied. Samengevat: - Breda stelt voor om de radiale assen nauwkeuriger aan te geven; - Breda stelt voor om de definitieve begrenzing van de gebieden 'samenhang landelijk gebied' af te laten hangen van de nadere uitwerking van de lokaties; - Breda ziet ruimte voor verstedelijking na de planperiode binnen het 'landelijk gebied'.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1747