2 Raadsvoorstel vervolg/ 284 van de gemeente, waarover de gemeenteraad bevoegd is te beslissen. Bij gebreke aan een besluit tot delegatie van die bevoegdheid aan burge meester en wethouders en bij gebreke aan een toepasselijke subsidie verordening, waarin de beslissingsbevoegdheid aan burgemeester en wethouders uitdrukkelijk iB opgedragen, waren burgemeester en wethou ders derhalve niet bevoegd om op het subsidieverzoek te beslissen, maar hadden zij, gelet op hun doorzendplicht op grond van artikel 2:3 van de Algemene wet bestuursrecht, het subsidieverzoek aan de gemeen teraad moeten voorleggen. Nu burgemeester en wethouders zelf hebben beslist op de aanvraag, is er geen rechtsgeldig besluit, waartegen bezwaar kan worden gemaakt of beroep kan worden ingesteld, tot stand gekomen. De Stichting kan daarom in haar tegen dat onbevoegd genomen besluit gerichte beroepschrift niet worden ontvangen. De Commissie voor bezwaar- en beroepschriften adviseert dan ook, de Stichting in haar beroepschrift niet-ontvankelijk te verklaren. Het bovenstaande betekent, dat alsnog door de gemeenteraad een beslis sing moet worden genomen op het subsidieverzoek. De Commissie voor bezwaar- en beroepschriften heeft burgemeester en wethouders dan ook in overweging gegeven het subsidieverzoek alsnog aan de gemeenteraad voor te leggen. Consequenties geen Communicatie n.v.t. Commissiebehandeling De Commissie Stadsbeheer en grondbedrijf kan zich met dit voorstel verenigen. Burgemeester en wethouders van Breda,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 1991