3
Raadsvoorstel vervolg/ 289
Gemeentelijke bomen onder de werking van de Bomenverordening/relatie met
bouwvergunning
Bomen in eigendom en beheer van de gemeente Breda vallen nu ook onder de
Bomenverordening Breda 1994. Het belang van de bescherming van gemeentelij
ke bomen is hiermee gediend. Daar komt bij dat naarmate de gemeente
zorgvuldiger omgaat met haar eigen bomen, des te geloofwaardiger zij
overkomt bij particulieren als het gaat om het eisen van een kapvergunning.
Daarnaast is het juridisch niet verdedigbaar om gemeentelijke bomen uit
te sluiten van de werking van de verordening. Gesteld kan worden dat ook
de gemeente, net als ieder ander, zich niet mag onttrekken aan democrati
sche regels.
Het brengen van gemeentelijke bomen onder de Bomenverordening kan
consequenties hebben voor bouwaktiviteiten in stadsontwikkelings-
/uitbreidingslokatiesHoewel er geen formele relatie bestaat tussen een
kapvergunning en een bouwvergunning - zoals deze bijvoorbeeld wel bestaat
tussen een bouwvergunning en een vergunning op grond van de Wet Milieube
heer - is het wenselijk het verlenen van beide vergunningen nader op elkaar
af te stemmen.
Afstemming van de bouw- en kapvergunningprocedure betekent niet dat de
inhoudelijke beslissing over het verlenen van een kapvergunning afhankelijk
is van het besluit over een bouwvergunning. Anderzijds mag het niet zo
zijn dat bij de beslissing om al of niet een kapvergunning te verstrekken
geen rekening wordt gehouden met een eventueel verleende bouwvergunning.
In de situatie dat voor de uitvoering van een bouwplan een bouwvergunning
is vereist, is het zaak in een zo vroeg mogelijk stadium de aanvrager van
een bouwvergunning er op te wijzen dat bij eventuele aanwezigheid van bomen
op het terrein een kapvergunning benodigd kan zijn. Wanneer een kapvergun
ning tijdig wordt aangevraagd behoeft e.e.a. echter geen vertraging op
te leveren voor de bouwplannen. Immers nadat een kapvergunningaanvraag
is binnengekomen, is de gemeente in principe gehouden om binnen acht weken
te beslissen. Wanneer een kapvergunning wordt verstrekt, kan hiervan na
6 weken na bekendmaking gebruik worden gemaakt, tenzij schorsing is
gevraagd aan en gekregen van de president van de rechtbank. Het verlenen
van een kapvergunning betekent dat uiterlijk binnen een periode van 14
weken na de aanvraag van deze vergunning hiervan gebruik kan worden
gemaakt
Met betrekking tot de aanvraag van een bouwvergunning moet binnen drie
maanden na ontvangst van de aanvraag zijn beslist. Dit betekent dat er
nauwelijks verschil in behandeltijd is tussen beide procedures.
Mogelijkheid tot ontheffing ten behoeve van de aanplant van een houtopstand
Voor met name agrariërs en bedrijven kan de werking van de Bomenverordening
een belemmering zijn om houtopstanden aan te planten. Immers wanneer in
een later stadium een ander gebruik van de grond wordt voorgestaan, is
er een gerede kans dat de gemeente geen vergunning verleent voor het vellen
van de in het geding zijnde houtopstand. Het in bijzondere omstandigheden
op voorhand verlenen van een ontheffing - welke de werking van de
