burgers in het district.
Uitgaande van deze basisvoorziening - variërend en in de tijd
- kan het meldpunt nog andere functies gaan vervullen.
Te denken valt daarbij aan:
klachtenbemiddeling voor andere beheerders zoals
woningbouwverenigingen
bevorderen van een gericht aanbod van welzijnsvoor
zieningen (servicepunt)
een centrum van dienstverlening vanuit de gemeente
aan de burgersEen vast punt waar de actieve bewo-
nersgroepen met de gemeente rond de tafel zitten.
Een instrument om te communiceren met de burgers
In de door het college op 6 september 1994 vastgestelde noti
tie wordt gekozen voor de fysieke ontkoppeling van meldpunten
en districtsposten. Dit laat overigens onverlet dat de verant
woordelijkheid voor het beheer en de regie van zowel de dis
trictsposten als meldpunten blijft vallen onder de dienst
Stadsbeheer
Voor de meldpunten wordt gedacht aan huisvesting in de dis
tricten op centrale plaatsen, bij voorkeur aansluitend bij be
staande publieksvoorzieningen. Dat betekent voor de gehele
stad 5 meldpunten waarin minimaal de onder 3. genoemde basis
functie (de "intake") gestalte krijgt. Tevens wordt in het
meldpunt de districtsmanager van de dienst Stadsbeheer gehuis
vest voor wat betreft zijn communicatie- en procesfunctie naar
burgerij, instellingen en gemeentelijke diensten .In het meld
punt wordt behalve de intake-functie ook de ondersteunende se-
cretariaats-functie voor de districtsmanager van de dienst
Stadsbeheer ondergebracht (functie meldpuntmedewerk(st)er)
De mogelijkheid tot het inrichten van meerdere meldpunten per
district wordt opengehouden.
Voor de keuze van de fysieke ontkoppeling van meldpunten en
districtsposten is het bestaande meldpunt voor het district
Noord-Oost qua locatie en faciliteiten als referentie genomen.
Dit leidt per district tot de volgende structurele voorstel
len:
Noord-Oost
Handhaving van het bestaande meldpunt Moerwijk 51.
2
4. Visie van het college
5. Structurele inpassing van de meldpunten m.i.v. 1996