plaatsen ware als regel te stellen, dat er per 19 tot 25 plaatsen voor zgn. "stille kramers", één standwerkersplaats behoort te zijn. Uiteraard dient van tijd tot tijd voor elke markt afzonderlijk te worden bezien of deze "vuistregel" nog wel geldend is te achten. Alhoewel in principe een scherpe scheiding tussen de voor de zgn. "stille kramers" en de voor de standwer kers bestemde plaatsen dient te blijven bestaan, zal het in sommige gevallen -in het belang van de markt dan wel uit billijkheidsoverwegingen tegenover de betrokken kooplieden- niet van overwegend bezwaar zijn opengebleven standwerkersplaatsen aan stille kramers toe te wijzen, met dien verstande, dat aan laatstbedoelde kooplieden wordt duidelijk gemaakt, dat zij hieraan nimmer enig recht op de betreffende plaats zullen kunnen ontlenen. Tot toewijzing van dergelijke plaatsen aan stille kramers ware alleen dan over te gaan, indien op de markt beslist geen voor deze catego rie kooplieden bestemde plaatsen meer beschikbaar zijn. Belangrijk is voorts de mogelijkheid om als koppel of duo een standwerkers plaats te kunnen betrekken. Uitdrukkelijk is hierbij echter de voorwaarde gesteld dat een duo zich tevoren als zodanig bij de marktmeester moet melden, dat een duo als één loteling wordt aangemerkt en dat de partners tevoren moeten opgeven met welk artikel zal worden gewerkt. Op de markten waarvoor een artikelengroep-indeling is vastgesteld, zou door het onbeperkt toelaten van standwerkers het voor die markten geldende branchepatroon worden verstoord. Anderzijds zou het niet toelaten van standwerkers met artikelen, waarvoor de artikelengroepen-regeling geldt, te hunnen aanzien tot onbillijkheden leiden. Lid 5 geeft daarom een mogelijkheid voor een beperkte toewijzing van standwerkersplaatsen op dergelijke markten. Teneinde een standwerker die zich niet als zodanig manifesteert te kunnen verwijderen, is in artikel 39 een sanctie opgenomen. Ad artikel 20. 21, 22 en 23. In artikel 20 is bepaald dat de vergunninghouders in principe verplicht is zelf op zijn standplaats aanwezig te zijn. De uitzonderingen op dit beginsel zijn geregeld in artikel 21 (verhindering wegens ziekte)in artikel 22 (verhindering wegens vakantie) en in artikel 23 (verhindering wegens bijzondere omstandigheden)Deze regelingen behoeven geen nadere toelichting. In elk van deze gevallen kan het college van burgemeester en wethouders aan een houder van een vaste plaats toestaan zich op zijn plaats te laten vervangen. Voor de goede gang van zaken op de markt en in het belang van een verantwoorde administratie, is het wel noodzakelijk dat de marktbeheer der van elke verhindering tot marktbezoek zo tijdig mogelijk op de hoogte wordt gesteld. Ad artikel 24. De op grond van het bepaalde in dit artikel opgenomen tijden sluiten aan bij de reeds op de bestaande markten gehanteerde tijden. Ad artikel 25. Het moet zonder meer duidelijk worden geacht dat het in het algemeen, in het belang van de orde op de markt, de vergunninghouders niet kan worden toegestaan de markt op willekeurige vóór de sluitingstijd gelegen momenten te verlaten. Ad artikel 27. Dit artikel geeft algemene aanwijzingen aan de marktkooplieden ten aanzien van de wijze van bezetting van de standplaats, van de verkooptijden, van de verkoopruimte, van de opstal waarvan verkocht mag worden, van de te 6

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 2084