verkopen artikelen en van de plaats waar de koopman zich tijdens de markttijden behoort te bevinden. Ad artikel 28. Het behoeft geen betoog, dat het voor het aanzien van de warenmarkten dringend noodzakelijk is, dat de kooplieden er zorg voor dragen dat de terreinen tijdens de markttijd schoon worden gehouden en dat zij na de markttijd schoon worden opgeleverd. Aangezien de kosten van het schoonmaken van de marktterreinen van grote invloed zijn op de hoogte van de marktgeldtarieven, is hiermede ook het eigenbelang van de kooplieden in hoge mate gediend. De wijze van afvalver wijdering alsmede de beheersing van de afvalstroom vormen momenteel onderwerpen van gesprek tussen de ambulante handel en de gemeente. In het kader van het KWD-project Binnenstad zal ook de afvalproblematiek van markten in de binnenstad worden bezien. Ad artikel 30. Verwarmingstoestellen (gasbranders, olieverhitters etc) zijn op de Bredase markten verboden. Dit artikel stelt ook uitdrukkelijk dat het college van burgemeester en wethouders van dit verbod ontheffing kan verlenen. Dit is tot op heden onder de voorgaande reglementen/verordeningen niet gebeurd. Gelet op zowel brandpreventieproblemen als mogelijk ook problemen in verband met mogelijke strijdigheid met de wet Milieubeheer zal, alvorens tot ontheffing en tot vaststelling van mogelijke voorwaarden wordt beslo ten, overleg gepleegd worden met de terzake bevoegde diensten/afdelingen. Ad artikel 31. Dit artikel is opgenomen om zoveel mogelijk te voorkomen, dat de markt wordt vervuild door zakjes en servetjes, waarin kleine eetwaren, die ter plaatse plegen te worden genuttigd, op de markt worden verkocht. Ad artikel 32. Bij herhaling is gebleken dat de kopers op een markt er behoefte aan hebben te weten bij wie zij hun inkopen hebben gedaan. Zulks moet ook voor iedere bonafide marktkoopman of koopvrouw van belang worden geacht. Het vormen van een vaste klantenkring kan hierdoor tevens worden bevorderd. Vermelding van adres en woonplaats wordt in verband met gevaar van inbraak bij de koopman, die tijdens de markt immers van huis is, ongewenst geacht. Ad artikel 33, 34 en 34. Deze artikelen zijn opgenomen om te voorkomen dat het aanzien van de markt wordt geschaad door praktijken van kooplieden, die hetzij misleidende prijsaanduidingen gebruiken, dan wel hun waren op minder hygiënische wijze uitstallen of ondeugdelijke meet- of weegwerktuigen gebruiken. Weliswaar zullen bepaalde overtredingen ook door andere instanties kunnen worden geconstateerd, doch het algemeen marktbelang vergt een snel en doelmatig optreden. Dit wordt mogelijk gemaakt door de sancties die in de artikelen 39 en 40 zijn gesteld op het niet nakomen van deze voorschriften. Teneinde strijd met (hogere) wetgeving te voorkomen, waardoor gevaar van onverbindendverklaring van de artikel 33, 34 en 35 door rechterlijke instanties dreigt, is in elk dezer artikelen verwezen naar de betreffende wetten. Ad artikel 36. Het tijdens de markt op het marktterrein rijden met wagens, karren, auto's e.d. is uiterst hinderlijk, zowel voor het publiek als voor de kooplieden, 7

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 2085