gemeente Breda RAADSVOORSTEL Registratie nr Dienst/afdeling Bijlage 1994 66 937901537 ROEZ/JZ 1 BETREFT HET VASTSTELLEN VAN DE PROCEDUREVERORDENING PLANSCHADEVERGOEDING 1994 EN HET BENOEMEN VAN EEN SCHADEBEOORDELINGSCOMMISSIE De huidige procedureverordening planschadevergoeding* werd door uw raad vastgesteld in de vergadering van 11 mei 1966. Aanpassing op enkele onderdelen van de huidige verordening wordt door ons college wenselijk geacht. Onder de rubriek motivering/toelichting wordt hierop nader ingegaan. Tevens is de ontwerp-verordening aangepast aan de per 1 januari 1994 in werking getreden Algemene Wet Bestuursrecht. Te besluiten tot: a) het intrekken van de procedureverordening planschade vergoeding 1966 en het vaststellen van de procedureverordening planschade vergoeding 1994, b) de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken te Rotterdam te benoemen als schadebeoordelingscommissie, een en ander overeenkomstig het bij dit voorstel behorend concept-raadsbesluit. MOTIVERING/TOELICHTING De Wet op de Ruimtelijke Ordening bevat in artikel 49 een regeling met be trekking tot schadevergoeding voortvloeiende uit planologische maatregelen (planschade) De basis voor eventuele toekenning van schadevergoeding berust rechtstreeks op de wet. De Wet op de Ruimtelijke Ordening geeft geen voorschriften omtrent de wijze waarop de vergoeding als bedoeld in artikel 49 van de wet moet worden aan gevraagd en een voorliggend verzoek door uw raad moet worden behandeld. De gemeenteraad heeft zelf de mogelijkheid richtlijnen vast te stellen voor de te volgen procedure in die gevallen waarin om toepassing van artikel 49 WRO is verzocht. In de vergadering van 11 mei 1966 heeft uw raad, in aansluiting op de in 1965 in werking getreden Wet op de Ruimtelijke Ordening, vastgesteld de procedureverordening planschadevergoeding 1966. Bezien we de periode vanaf de inwerkingtreding van de huidige procedurever ordening planschadevergoeding op 12 mei 1966 tot aan het jaar 1984 dan kan gesteld worden dat er slechts in een zeer incidenteel geval een verzoek om planschadevergoeding is ingediend. Na de realisering van de kleinere woonwagenlocaties verspreid liggend over de stad zijn er door direct omwonenden van deze locaties een aantal verzoe ken om planschadevergoeding ingediend bij uw raad. Als reden voor het in dienen van het verzoek werd hoofdzakelijk aangevoerd de waardevermindering van hun betrokken onroerend goed. Voorts werden er nog enkele verzoeken ingediend die geen betrekking hadden op woonwagenlocaties. Inmiddels is vooral in de afgelopen jaren de nodige ervaring opgedaan als gevolg waarvan ons college de mening is toegedaan dat de huidige procedure verordening enige aanpassing behoeft. Een evaluatie betreffende de toepassing van artikel 49 W.R.O. is besproken in de commissie ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer. Wij hebben deze notitie en het verslag van deze commissievergadering voor u ter inzage INLEIDING VOORSTEL

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 438