- 4 -
RAADSVOORSTEL vervolg 69
- Rijsberaseweq met een inhoud van ca. 180 m3.
Het met elkaar in verbinding brengen van overstorten betekent dat op de
zeer moeilijk gelegen plaatsen nabij de Beverweg en nabij de Dr. Struycken-
straat géén bergbezinkbassin meer behoeft te worden gebouwd, met als
bijkomende voordelen dat de bouw van één bergbezinkbassin t.o.v. 2 kleinere
bergbezinkbassins goedkoper is in de kosten van beheer en onderhoud.
Voor een nadere specificatie van de bouwkosten wordt verwezen naar de
hierbijgaande bijlage nr. B
Vorig jaar is voor wat betreft de te volgen bouwmethode van de bergbezink
bassins ervaring opgedaan, waarbij veel aandacht is besteed aan de techni
sche ontwikkeling van een prefabsysteem. Ten opzichte van de methode van
het "ter plaatse bouwen" kan met het prefabsysteem de bouwtijd en de
hoeveelheid te onttrekken grondwater aanzienlijk worden verminderd,
waardoor de kans op schade aanzienlijk geringer is. Dit laatste is van
groot belang omdat ook de komende jaren nog veel bergbezinkbassins gebouwd
moeten worden, die óf dicht bij woningen en gebouwen staan óf in parken of
groenstroken liggen.
De problemen, die tot dan toe aan prefabsystemen kleefden, zoals de
waterdichtheid en de hogere bouwkosten zijn inmiddels opgelost. Ook op dit
gebied is het ontwikkelde prefabsysteem gelijkwaardig aan de methode van
het ter plaatse bouwen.
b.2. De aanleg van koppelriolen
Het rioolstelsel in een stedelijk gebied bestaat uit een aantal min of meer
zelfstandig functionerende kleinere rioolstelsels (de zgn. bemalingsgebie-
den), die met elkaar in verbinding staan via gemalen en koppelriolen.
Binnen een bemalingsgebied stroomt het opgevangen rioolwater door lichthel-
lende rioolbuizen vanzelf van hoog naar laag en binnen het Stedelijk gebied
loost een hooggelegen bemalingsgebied het verzamelde rioolwater via
koppelriolen in een lagergelegen bemalingsgebied, net zolang totdat het
stedelijke eindverzamelpunt is bereikt.
Vanuit dit eindverzamelpunt wordt het rioolwater verpompt naar de rioolwa
terzuiveringsinstallatie.
In de Bredase situatie loost het hooggelegen bemalingsgbied "Ginneken" het
verzamelde rioolwater in het lager gelegen bemalingsgebied "Boeimeer". Een
groot deel van dit koppelriool ligt in de Cimburgalaan en in de Boeimeer-
laan en wel ter plaatse waar het onder b.l. voorgestelde bergbezinkbassin
wordt gebouwd. Deze riolering is ruim 40 jaren oud en te klein van afmeting
om een goede afvoer van het hogergelegen bemalingsgebied "Ginneken" te
kunnen realiseren. Dit is dan ook de reden waarom wordt voorgesteld om
nieuwe koppelriolen aan te leggen in Cimburgalaan en in de Boeimeerlaan ter
vervanging van de verouderde riolen ter plaatse.
Voor nadere gegevens wordt verwezen naar de hierbijgaande bijlage C.
b.3. De aanleg van stuwconstructies in het rioolstelsel
De inhoud van het rioolstelsel van Breda (de zgn. bergingscapaciteit)
voldoet aan de minimaal vereiste provinciale richtlijnen. Om de vervuiling
van het oppervlaktewater te beperken zal toch, waar wenselijk en mogelijk,
de bergingscapaciteit van het stelsel worden vergroot. Deze maatregelen
hebben namelijk een hoog rendement, dat wil zeggen sorteren veel effect
tegen relatief lage kosten. Een mogelijkheid om de bergingscapaciteit te